Gerner
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Gerner
Gerner
Locatie
Adres: Haersoltseweg 13-17 7722 SE
Dalfsen
Gemeente Dalfsen
Provincie Overijssel
Adres: Haersoltseweg 13-17 7722 SE
Dalfsen
Gemeente Dalfsen
Provincie Overijssel
Typologie
De typologie van Gerner is onbekend.
De typologie van Gerner is onbekend.
Etymologie
Gerner was het bezit van de dochter van Albert van Gerner, Gostuwe. Gerner is naar haar vader vernoemd.
Gerner was het bezit van de dochter van Albert van Gerner, Gostuwe. Gerner is naar haar vader vernoemd.
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 5-2-2005
De oude huisplaats was in het begin van de 19e eeuw helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. Het terrein is inmiddels door industrie in gebruik genomen.
Laatst bijgewerkt: 5-2-2005
De oude huisplaats was in het begin van de 19e eeuw helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. Het terrein is inmiddels door industrie in gebruik genomen.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
De oude huisplaats is in het begin van de 19e eeuw helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
De oude huisplaats is in het begin van de 19e eeuw helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland.
Afmetingen
De afmetingen van de grote toren zijn 12,5 bij 15 meter, exclusief de grachten. De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend. De afmetingen zijn afgeleid van de kaart van de havezate Gerner, naar de kadastrale minuutplan door S. van Lith, 1820. Gemeente Dalfsen, sectie K (4e blad), nr. 1168 (Gevers en mensema: 61).
De afmetingen van de grote toren zijn 12,5 bij 15 meter, exclusief de grachten. De afmetingen van het middeleeuwse huis zijn onbekend. De afmetingen zijn afgeleid van de kaart van de havezate Gerner, naar de kadastrale minuutplan door S. van Lith, 1820. Gemeente Dalfsen, sectie K (4e blad), nr. 1168 (Gevers en mensema: 61).
Oudste vermelding
Datum: 1350
Bron: Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle, blz. 97.
In 1350 verdeelden Arend van Almelo en zijn broers Albert en Engelbert de goederen van hun ouders Johan van Almelo en Gostuwe, waaronder het huis Gerner. Gerner werd toegewezen aan Arend: 'Aan Arend zal het huis te Gerner met de daartoe behorende mannen en horigen toevallen (...)'. Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle, blz. 97.
Datum: 1350
Bron: Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle, blz. 97.
In 1350 verdeelden Arend van Almelo en zijn broers Albert en Engelbert de goederen van hun ouders Johan van Almelo en Gostuwe, waaronder het huis Gerner. Gerner werd toegewezen aan Arend: 'Aan Arend zal het huis te Gerner met de daartoe behorende mannen en horigen toevallen (...)'. Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle, blz. 97.
Bezitsgeschiedenis
In 1350 verdeelden Arend van Almelo en zijn broers Albert en Engelbert de goederen van hun ouders Johan van Almelo en Gostuwe, waaronder het huis Gerner. Gerner werd toegewezen aan Arend. Het huis Gerner was afkomstig van hun moeder Gostuwe, dochter van Albert van Gerner. Later is het huis Gerner in het bezit van de nakomelingen van Albert van Almelo gekomen die zich ook wel 'van Hulsen' noemden. In 1394 is Lutgerd 'van Hulsen' beleend met de hof te Gerner. Lutgerd was gehuwd met Hendrik van Essen. Hij was, net als zijn broer Evert, een tegenstander van de landsheer, de bisschop van Utrecht. In 1380 ondernam bisschop Floris van Wevelinckhoven een veldtocht tegen Evert van Essen en zijn bondgenoten. Daarbij werden veel huizen vernield, waaronder Gerner. Na de verwoesting werd het huis waarschijnlijk niet herbouwd. Na de dood van Lutgerd werd haar zoon Hendrik van Essen Hendrikszoon beleend met Gerner. In 1412 werd zijn neef Simon van den Schulenborg ook met Gerner beleend. In 1433 werd Roelof Van den Rutenberg met Gerner beleend. In 1463 kreeg Johan Lamberts Gerner in zijn bezit en zijn zoon Lubbert van Meerne volgde hem in 1486 op. In 1497 verkocht van Meerne Gerner aan Berend van Ittersum. Zijn zoon Wolf van Ittersum kreeg Gerner in zijn bezit en vervolgens zijn zoon Berend. Onder Berend van Ittersum zal het huis te Gerner opnieuw zijn gebouwd, waarschijnlijk tussen 1601 en 1605. Berends zoon Johan Bartholt van Ittersum werd in 1651 met Gerner beleend. Zijn tante Frederika van Ittersum kreeg huis Gerner in haar bezit. In 1727 werd het verkocht aan Alexander van Grooten tot de Mesenburg. In 1742 verkocht hij het weer aan Hendrik Podt.In 1818 werd het huis voor afbraak verkocht. In 1855 werd Gerner verkocht aan Hendrik Brinkhof. Hij liet in 1864 de landerijen opnieuw verkavelen en herhaalde dit in 1878. De oude huisplaats was nu helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. In 1963 werd het goed stuksgewijs verkocht. Het reeds lang geleden verkavelde huisperceel viel toe aan verschillende eigenaren.
In 1350 verdeelden Arend van Almelo en zijn broers Albert en Engelbert de goederen van hun ouders Johan van Almelo en Gostuwe, waaronder het huis Gerner. Gerner werd toegewezen aan Arend. Het huis Gerner was afkomstig van hun moeder Gostuwe, dochter van Albert van Gerner. Later is het huis Gerner in het bezit van de nakomelingen van Albert van Almelo gekomen die zich ook wel 'van Hulsen' noemden. In 1394 is Lutgerd 'van Hulsen' beleend met de hof te Gerner. Lutgerd was gehuwd met Hendrik van Essen. Hij was, net als zijn broer Evert, een tegenstander van de landsheer, de bisschop van Utrecht. In 1380 ondernam bisschop Floris van Wevelinckhoven een veldtocht tegen Evert van Essen en zijn bondgenoten. Daarbij werden veel huizen vernield, waaronder Gerner. Na de verwoesting werd het huis waarschijnlijk niet herbouwd. Na de dood van Lutgerd werd haar zoon Hendrik van Essen Hendrikszoon beleend met Gerner. In 1412 werd zijn neef Simon van den Schulenborg ook met Gerner beleend. In 1433 werd Roelof Van den Rutenberg met Gerner beleend. In 1463 kreeg Johan Lamberts Gerner in zijn bezit en zijn zoon Lubbert van Meerne volgde hem in 1486 op. In 1497 verkocht van Meerne Gerner aan Berend van Ittersum. Zijn zoon Wolf van Ittersum kreeg Gerner in zijn bezit en vervolgens zijn zoon Berend. Onder Berend van Ittersum zal het huis te Gerner opnieuw zijn gebouwd, waarschijnlijk tussen 1601 en 1605. Berends zoon Johan Bartholt van Ittersum werd in 1651 met Gerner beleend. Zijn tante Frederika van Ittersum kreeg huis Gerner in haar bezit. In 1727 werd het verkocht aan Alexander van Grooten tot de Mesenburg. In 1742 verkocht hij het weer aan Hendrik Podt.In 1818 werd het huis voor afbraak verkocht. In 1855 werd Gerner verkocht aan Hendrik Brinkhof. Hij liet in 1864 de landerijen opnieuw verkavelen en herhaalde dit in 1878. De oude huisplaats was nu helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. In 1963 werd het goed stuksgewijs verkocht. Het reeds lang geleden verkavelde huisperceel viel toe aan verschillende eigenaren.
Bouwgeschiedenis
In de periode 1601-1605 werd er vermoedelijk een klein huis gebouwd, aansluitend aan een boerderij. In 1669 werd er op de plaats van het middeleeuwse huis een nieuw huis gebouwd, zoals wij dat kennen van de tekening uit 1729. In 1742 werd het complex als volgt omschreven : 'Het Huis en havesathe Garner met alle verdere getimmerte, voorts cingels, hoven, boomgaarden en alle verdere daarby en ondergehorende erven, katersteden en losse landerien (...)'. In 1818 werd het huis voor afbraak verkocht. In 1855 werd Gerner verkocht aan Hendrik Brinkhof. Hij liet in 1864 de landerijen opnieuw verkavelen en herhaalde dit in 1878. De oude huisplaats was nu helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. In 1975 heeft een groep van de A.W.N. onder leiding van de heer R. van Beek onderzoek gedaan op het terrein van Gerner en sporen van de middeleeuwse aanleg gevonden. In 1977 is dit onderzoek beëindigd. Het huis Gerner blijkt ten dele op een tot het kasteel Gerner behoord hebbende gracht, met 14e eeuwse vondsten, te zijn gebouwd. Reeksen palen duiden de plaats aan, waar middeleeuws muurwerk had gestaan. Een aan die paalrijen grenzende opgevulde gracht moet, afgaande op het schervenmateriaal in de vulling, onderdeel van het middeleeuwse huis Gerner hebben uitgemaakt. De juiste afmetingen blijven onbekend, toch is er zekerheid ten aanzien van de vraag waar het oudste Gerner gelegen heeft.
In de periode 1601-1605 werd er vermoedelijk een klein huis gebouwd, aansluitend aan een boerderij. In 1669 werd er op de plaats van het middeleeuwse huis een nieuw huis gebouwd, zoals wij dat kennen van de tekening uit 1729. In 1742 werd het complex als volgt omschreven : 'Het Huis en havesathe Garner met alle verdere getimmerte, voorts cingels, hoven, boomgaarden en alle verdere daarby en ondergehorende erven, katersteden en losse landerien (...)'. In 1818 werd het huis voor afbraak verkocht. In 1855 werd Gerner verkocht aan Hendrik Brinkhof. Hij liet in 1864 de landerijen opnieuw verkavelen en herhaalde dit in 1878. De oude huisplaats was nu helemaal opgegaan in het omringende bouw- en weideland. In 1975 heeft een groep van de A.W.N. onder leiding van de heer R. van Beek onderzoek gedaan op het terrein van Gerner en sporen van de middeleeuwse aanleg gevonden. In 1977 is dit onderzoek beëindigd. Het huis Gerner blijkt ten dele op een tot het kasteel Gerner behoord hebbende gracht, met 14e eeuwse vondsten, te zijn gebouwd. Reeksen palen duiden de plaats aan, waar middeleeuws muurwerk had gestaan. Een aan die paalrijen grenzende opgevulde gracht moet, afgaande op het schervenmateriaal in de vulling, onderdeel van het middeleeuwse huis Gerner hebben uitgemaakt. De juiste afmetingen blijven onbekend, toch is er zekerheid ten aanzien van de vraag waar het oudste Gerner gelegen heeft.
Afbeeldingen
De afbeeldingen zijn van het huis Gerner in de 18e eeuw:- Gerner van de zijkant. Gewassen pentekening door C. Pronk, 12,1 x 19,6 cm, begin 18e eeuw. Coll. R.P.K. Amsterdam. Afgebeeld in: Van der Wyck en Enklaar-Lagendijk 1983, 176.- Gerner. Gewassen tekening door A. de Haen, 1729. Coll. P.O.M. Zwolle. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 58.- Kaart van het huis Gerner bij Dalfsen, door H.J. van der Wyck, 1783. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 57.- Kaart van de havezate Gerner, naar de kadastrale minuutplan door S. van Lith, 1820. Gemeente Dalfsen, sectie K (4e blad), nr. 1168. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 61. -Kaart van Gerner. Afgebeeld in: Versfelt 2003, 34.
De afbeeldingen zijn van het huis Gerner in de 18e eeuw:- Gerner van de zijkant. Gewassen pentekening door C. Pronk, 12,1 x 19,6 cm, begin 18e eeuw. Coll. R.P.K. Amsterdam. Afgebeeld in: Van der Wyck en Enklaar-Lagendijk 1983, 176.- Gerner. Gewassen tekening door A. de Haen, 1729. Coll. P.O.M. Zwolle. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 58.- Kaart van het huis Gerner bij Dalfsen, door H.J. van der Wyck, 1783. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 57.- Kaart van de havezate Gerner, naar de kadastrale minuutplan door S. van Lith, 1820. Gemeente Dalfsen, sectie K (4e blad), nr. 1168. Afgebeeld in: Gevers en Mensema 1983, 61. -Kaart van Gerner. Afgebeeld in: Versfelt 2003, 34.
Bronnen
Literatuur
- Van der AA, 1839-1851, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, Gorinchem, deel 4: 545.- Jaarverslag ROB 1975: 28-29.- Jaarverslag ROB 1976: 22.- Jaarverslag ROB 1977: 48.- Gevers, A.J., A.J. Mensema, 1983, De havezaten in Salland en hun bewoners. Alphen aan den Rijn, 57-62.- H. Versfelt, 2003, Hottinger Atlas. Groningen, kaartnr. 34. - Wyck, H.W.M., J Enklaar-Lagendijk, 1983, Overijsselse buitenplaatsen, Alphen aan de Rijn. - Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle.
- Van der AA, 1839-1851, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden, Gorinchem, deel 4: 545.- Jaarverslag ROB 1975: 28-29.- Jaarverslag ROB 1976: 22.- Jaarverslag ROB 1977: 48.- Gevers, A.J., A.J. Mensema, 1983, De havezaten in Salland en hun bewoners. Alphen aan den Rijn, 57-62.- H. Versfelt, 2003, Hottinger Atlas. Groningen, kaartnr. 34. - Wyck, H.W.M., J Enklaar-Lagendijk, 1983, Overijsselse buitenplaatsen, Alphen aan de Rijn. - Ter Kuile, G.J., 1966, Oorkondenboek van Overijssel. Regesten, 779-1350, VI, Zwolle.
Documentatie
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: Leonoor van de Werk
Beschrijving gemaakt: 5-2-2005
Auteur: Leonoor van de Werk
Beschrijving gemaakt: 5-2-2005
Bouwhistorisch onderzoek RCE
Archeologisch onderzoek RCE
Er is archeologisch onderzoek verricht. ROB-object nummer: 21 HZ-80.
Er is archeologisch onderzoek verricht. ROB-object nummer: 21 HZ-80.
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.