Geysteren
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Geysteren
Geysteren
Locatie
Adres: Maasheseweg, 5860AA
Geijsteren
Gemeente Venray
Provincie Limburg
Het kasteelterrein is gelegen even ten noord-oosten van de bebouwde kom van het dorp Geijsteren, in het gebied tussen de weg van Geijsteren naar Maashees en de Maas. De hoekpunten van het kasteelterrein inclusief omgrachting, gedeeltelijke omwalling en neerhof, maar zonder de omgrachte moestuin zijn ingeschat op basis van de combinatie van de kadastrale minuutkaart gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01, en Google Earth.
Adres: Maasheseweg, 5860AA
Geijsteren
Gemeente Venray
Provincie Limburg
Het kasteelterrein is gelegen even ten noord-oosten van de bebouwde kom van het dorp Geijsteren, in het gebied tussen de weg van Geijsteren naar Maashees en de Maas. De hoekpunten van het kasteelterrein inclusief omgrachting, gedeeltelijke omwalling en neerhof, maar zonder de omgrachte moestuin zijn ingeschat op basis van de combinatie van de kadastrale minuutkaart gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01, en Google Earth.
Typologie
(Dit betrof de oorspronkelijk op deze plaats op een kleine verhoging gebouwde ronde toren omgeven door ringmuur.)
(Na uitbreiding van de gebouwen en het eerst verlagen en vervolgens slopen van de oorspronkelijke ronde toren)
Op grond van uitgevoerde opgravingen gaat men ervan uit, dat de oorspronkelijke burcht bestond uit een door een cirkelvormige ringmuur omgeven ronde toren gebouwd op een kleine verhoging langs de Maas. De ronde toren is in de loop der tijd bij de uitbreiding van het kasteel eerst verlaagd en later gesloopt. De oorspronkelijke ringmuur is gefaseerd gesloopt en vervangen door woongebouwen.
(Dit betrof de oorspronkelijk op deze plaats op een kleine verhoging gebouwde ronde toren omgeven door ringmuur.)
(Na uitbreiding van de gebouwen en het eerst verlagen en vervolgens slopen van de oorspronkelijke ronde toren)
Op grond van uitgevoerde opgravingen gaat men ervan uit, dat de oorspronkelijke burcht bestond uit een door een cirkelvormige ringmuur omgeven ronde toren gebouwd op een kleine verhoging langs de Maas. De ronde toren is in de loop der tijd bij de uitbreiding van het kasteel eerst verlaagd en later gesloopt. De oorspronkelijke ringmuur is gefaseerd gesloopt en vervangen door woongebouwen.
Etymologie
De naam van het kasteel is afgeleid van de naam van de heerlijkheid, waarin het werd gebouwd.
De naam van het kasteel is afgeleid van de naam van de heerlijkheid, waarin het werd gebouwd.
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: oktober 2011
Het afgesloten terrein bestaat uit verschillende omgrachte eilanden met resten muurwerk. De afgelopen periode heeft de huidige eigenaar de muren van de gebouwen van voor 1919 laten opmetselen tot 1m (buitenmuren) resp. 3m (binnenmuren) boven het niveau van het oorspronkelijke binnenterrein. Hierdoor krijgen de bezoekers van het op 23 juni 2012 te openen kasteelterrein een goed beeld van de aard en omvang van het oorspronkelijke kasteel.
Laatst bijgewerkt: oktober 2011
Het afgesloten terrein bestaat uit verschillende omgrachte eilanden met resten muurwerk. De afgelopen periode heeft de huidige eigenaar de muren van de gebouwen van voor 1919 laten opmetselen tot 1m (buitenmuren) resp. 3m (binnenmuren) boven het niveau van het oorspronkelijke binnenterrein. Hierdoor krijgen de bezoekers van het op 23 juni 2012 te openen kasteelterrein een goed beeld van de aard en omvang van het oorspronkelijke kasteel.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar: (Bij de openstelling voor publiek op 23 juni 2011 zijn de grachten rondom voorburcht en hoofdburcht weer aanwezig en zijn alle muren van het oude kasteel van voor 1918 opgemetseld tot 1 á 3m boven niveau binnenplaats)
Grondgebruik: (Het kasteelterrein en het omringende grondgebied worden opengesteld voor het publiek)
Fundamenten van het middeleeuwse kasteel en delen van het opgaand muurwerk van het middeleeuwse kasteel zijn bewaard gebleven. Alle muren van het kasteel, zoals die aanwezig waren voor de brand van 1918, zijn in 2011/2012 opgemetseld, waarbij de buitenmuren van voorburcht en hoofdburcht tot een hoogte van circa 1m en alle binnenmuren tot een hoogte van 3m boven het niveau van de binnenplaats. In juni 2012 is de ruïne en het omringende terrein weer opengesteld voor publiek.
Zichtbaar: (Bij de openstelling voor publiek op 23 juni 2011 zijn de grachten rondom voorburcht en hoofdburcht weer aanwezig en zijn alle muren van het oude kasteel van voor 1918 opgemetseld tot 1 á 3m boven niveau binnenplaats)
Grondgebruik: (Het kasteelterrein en het omringende grondgebied worden opengesteld voor het publiek)
Fundamenten van het middeleeuwse kasteel en delen van het opgaand muurwerk van het middeleeuwse kasteel zijn bewaard gebleven. Alle muren van het kasteel, zoals die aanwezig waren voor de brand van 1918, zijn in 2011/2012 opgemetseld, waarbij de buitenmuren van voorburcht en hoofdburcht tot een hoogte van circa 1m en alle binnenmuren tot een hoogte van 3m boven het niveau van de binnenplaats. In juni 2012 is de ruïne en het omringende terrein weer opengesteld voor publiek.
Afmetingen
De afmetingen van het kasteelterrein inclusief omgrachting, gedeeltelijke omwalling en neerhof, maar zonder de omgrachte moestuin zijn ingeschat op basis van de combinatie van de kadastrale minuutkaart gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01, en Google Earth.
De afmetingen van het kasteelterrein inclusief omgrachting, gedeeltelijke omwalling en neerhof, maar zonder de omgrachte moestuin zijn ingeschat op basis van de combinatie van de kadastrale minuutkaart gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01, en Google Earth.
Oudste vermelding
Datum: 1304
Bron: Sloet, 1904, 118
"Johan van S t r a l e n , ridder, a°. 1304. "
Op 8 juli 1304 droeg Johan van Stralen het hiervoor vrije Geysteren op aan de graaf van Gelre om het daarna als erfleen terug te ontvangen.
Datum: 1304
Bron: Sloet, 1904, 118
"Johan van S t r a l e n , ridder, a°. 1304. "
Op 8 juli 1304 droeg Johan van Stralen het hiervoor vrije Geysteren op aan de graaf van Gelre om het daarna als erfleen terug te ontvangen.
Bezitsgeschiedenis
Aangenomen wordt, dat de heerlijkheid Geysteren is ontstaan uit een onderverdeling van het grondgebied Straelen, dat in de elfde eeuw aan de abdij van Siegburg werd geschonken. Door de beschermheren (voogden) van de abdij, de graven van Gelre, werd dit voogdijschap overgedragen aan een van de belangrijkste families in de omgeving, die zich vervolgens naar het gebied gingen vernoemen. Formeel werd Geysteren voor het eerst genoemd bij een vermelding dat ene Mechtildus, Vrouwe van Geysteren en haar zoon Ludolf, voogd van Straelen, in 1251 dertig Keulsche denarien opdroegen aan het klooster Bethlehem te Doetichem. Daarna werden kasteel Geysteren en het geslacht Van Straelen pas weer vermeld op 8 juli 1304, wanneer Geysteren door Johan van Straelen werd opgedragen aan de graaf van Gelre om het daarna als erfleen weer terug te ontvangen. De familie Van Geysteren wordt voor het eerst vermeld in 1326, wanneer Jan van Geysteren (waarschijnlijk de zoon van Johan van Straelen) door de graaf van Gelre met de heerlijkheid Geysteren wordt beleend. Via het huwelijk van zijn dochter Alverne van Geysteren met Otto van den Boetzelaer kwam Geysteren in 1343 in het bezit van de familie Van den Boetzelaer om vervolgens in de periode na het overlijden van Otto van den Boetzelaer in 1360 waarschijnlijk te worden verkocht aan de familie van Broekhuizen. In ieder geval is vanaf 1415 de heerlijkheid Geysteren in het bezit van dit geslacht, omdat in dat jaar namelijk Willem van Broekhuizen, raad en erfhofmeester van de hertog, met de heerlijkheid Geysteren werd beleend. Na het kinderloos overlijden van zijn jongere broer Johan van Broekhuizen op 10 december 1451, vond een boedelscheiding plaats, waarbij de ene helft van de heerlijkheid en kasteel Geysteren ging naar Adriaan van Broekhuizen, diens neef en de andere helft naar Godart van Harff, de man van diens zuster. Volgens het Gelders leenregister werd Adriaan in 1457 echter met de totale heerlijkheid beleend. Pas als in 1465 Godart van Harff vanwege financiële problemen zijn deel moest overdragen aan Thijs van Eyll, werden Adriaan van Broekhuizen en Thijs van Eyll ieder met de helft van huis en heerlijkheid Geysteren beleend. Hierbij ging de hoofdburcht (hoge huys) inclusief halve tussengracht naar Adriaan van Broekhuizen en de voorburcht (lage huys) inclusief halve tussengracht naar Thijs van Eyll. Het noodzakelijke onderhoud van de poorten, de muren, de bruggen, het huys en de voorburcht werd geregeld middels een tussen beide partijen afgesloten "borchvrede". Na het overlijden van Adriaan van Broekhuizen ging zijn deel over naar zijn dochter Adriana, die in 1476 trouwde met Frederik Schellarts van Obbendorf. Middels vererving bleven deze bezittingen tot einde van de 16e eeuw in het bezit van de familie Schellart van Obbendorf. Vanaf 1557 zijn deze bezittingen eigendom van Adam Schellart van Obbendorf. De andere helft van huis en heerlijkheid Geysteren bleef na het overlijden van Thijs van Eyll tot eind 16e eeuw door vererving binnen de familie Van Eyll. In die periode heeft Geysteren erg te leiden gehad van het oorlogsgeweld van de Tachtigjarige Oorlog. Mede door het vroegtijdig overlijden van zijn enige, in 1575 met de zoon van Adam Schellart van Obbendorf getrouwde kind, heeft de toenmalige eigenaar van de voorburcht Jacob van Eyll besloten om zijn deel van huis en heerlijkheid Geysteren op 14 juni 1590 verkocht aan de bezitter van de andere helft, Adam Schellart van Obbendorf, die vanaf dat ogenblik eigenaar was van de gehele heerlijkheid Geysteren. Na het overlijden van Adam Schellarts van Obbendorf in 1602 blijft de heerlijkheid Geysteren door vererving tot 1804 binnen de familie Schellarts van Obbendorf. In dat jaar gaat door het kinderloos overlijden van Adam Alexander Schellarts van Obbendorf over naar zijn nicht Anna Louise gravin van Hoensbroeck. Door haar huwelijk in 1806 met Karl Casper Freiherr von Weichs zur Wenne kwam Geysteren in het bezit van de familie Weichs de Wenne, die Geysteren nog steeds in bezit hebben.
Aangenomen wordt, dat de heerlijkheid Geysteren is ontstaan uit een onderverdeling van het grondgebied Straelen, dat in de elfde eeuw aan de abdij van Siegburg werd geschonken. Door de beschermheren (voogden) van de abdij, de graven van Gelre, werd dit voogdijschap overgedragen aan een van de belangrijkste families in de omgeving, die zich vervolgens naar het gebied gingen vernoemen. Formeel werd Geysteren voor het eerst genoemd bij een vermelding dat ene Mechtildus, Vrouwe van Geysteren en haar zoon Ludolf, voogd van Straelen, in 1251 dertig Keulsche denarien opdroegen aan het klooster Bethlehem te Doetichem. Daarna werden kasteel Geysteren en het geslacht Van Straelen pas weer vermeld op 8 juli 1304, wanneer Geysteren door Johan van Straelen werd opgedragen aan de graaf van Gelre om het daarna als erfleen weer terug te ontvangen. De familie Van Geysteren wordt voor het eerst vermeld in 1326, wanneer Jan van Geysteren (waarschijnlijk de zoon van Johan van Straelen) door de graaf van Gelre met de heerlijkheid Geysteren wordt beleend. Via het huwelijk van zijn dochter Alverne van Geysteren met Otto van den Boetzelaer kwam Geysteren in 1343 in het bezit van de familie Van den Boetzelaer om vervolgens in de periode na het overlijden van Otto van den Boetzelaer in 1360 waarschijnlijk te worden verkocht aan de familie van Broekhuizen. In ieder geval is vanaf 1415 de heerlijkheid Geysteren in het bezit van dit geslacht, omdat in dat jaar namelijk Willem van Broekhuizen, raad en erfhofmeester van de hertog, met de heerlijkheid Geysteren werd beleend. Na het kinderloos overlijden van zijn jongere broer Johan van Broekhuizen op 10 december 1451, vond een boedelscheiding plaats, waarbij de ene helft van de heerlijkheid en kasteel Geysteren ging naar Adriaan van Broekhuizen, diens neef en de andere helft naar Godart van Harff, de man van diens zuster. Volgens het Gelders leenregister werd Adriaan in 1457 echter met de totale heerlijkheid beleend. Pas als in 1465 Godart van Harff vanwege financiële problemen zijn deel moest overdragen aan Thijs van Eyll, werden Adriaan van Broekhuizen en Thijs van Eyll ieder met de helft van huis en heerlijkheid Geysteren beleend. Hierbij ging de hoofdburcht (hoge huys) inclusief halve tussengracht naar Adriaan van Broekhuizen en de voorburcht (lage huys) inclusief halve tussengracht naar Thijs van Eyll. Het noodzakelijke onderhoud van de poorten, de muren, de bruggen, het huys en de voorburcht werd geregeld middels een tussen beide partijen afgesloten "borchvrede". Na het overlijden van Adriaan van Broekhuizen ging zijn deel over naar zijn dochter Adriana, die in 1476 trouwde met Frederik Schellarts van Obbendorf. Middels vererving bleven deze bezittingen tot einde van de 16e eeuw in het bezit van de familie Schellart van Obbendorf. Vanaf 1557 zijn deze bezittingen eigendom van Adam Schellart van Obbendorf. De andere helft van huis en heerlijkheid Geysteren bleef na het overlijden van Thijs van Eyll tot eind 16e eeuw door vererving binnen de familie Van Eyll. In die periode heeft Geysteren erg te leiden gehad van het oorlogsgeweld van de Tachtigjarige Oorlog. Mede door het vroegtijdig overlijden van zijn enige, in 1575 met de zoon van Adam Schellart van Obbendorf getrouwde kind, heeft de toenmalige eigenaar van de voorburcht Jacob van Eyll besloten om zijn deel van huis en heerlijkheid Geysteren op 14 juni 1590 verkocht aan de bezitter van de andere helft, Adam Schellart van Obbendorf, die vanaf dat ogenblik eigenaar was van de gehele heerlijkheid Geysteren. Na het overlijden van Adam Schellarts van Obbendorf in 1602 blijft de heerlijkheid Geysteren door vererving tot 1804 binnen de familie Schellarts van Obbendorf. In dat jaar gaat door het kinderloos overlijden van Adam Alexander Schellarts van Obbendorf over naar zijn nicht Anna Louise gravin van Hoensbroeck. Door haar huwelijk in 1806 met Karl Casper Freiherr von Weichs zur Wenne kwam Geysteren in het bezit van de familie Weichs de Wenne, die Geysteren nog steeds in bezit hebben.
Historische betekenis
In de periode van de 14e tot en met de 16e eeuw hebben de bezitters van kasteel Geysteren een belangrijke rol gespeeld in de landspolitiek van het hertogdom Gelre en dat van het Overkwartier. Zij bezaten de functie van Ambtman over het ambt Kessel en Goch, van het erfhofmeestersambt van Gelre en die van erfkamerling van Kleef.
In de periode van de 14e tot en met de 16e eeuw hebben de bezitters van kasteel Geysteren een belangrijke rol gespeeld in de landspolitiek van het hertogdom Gelre en dat van het Overkwartier. Zij bezaten de functie van Ambtman over het ambt Kessel en Goch, van het erfhofmeestersambt van Gelre en die van erfkamerling van Kleef.
Bouwgeschiedenis
Op grond van het vanaf 1958 uitgevoerde bouwhistorisch onderzoek is vastgesteld, dat de oudste bouwperiode stamt uit begin 13e eeuw. Dit betreft een ronde toren met een buitenmiddellijn van circa 10m, omringd door een ronde schildmuur een diameter van circa 23m en voorzien van een weergang op bogen. De hoogte van de toren moet ten minste 3 of 4 verdiepingen boven de kelder zjn geweest, omdat in 1501 de bovenste twee verdiepingen ervan moest worden afgebroken. De burcht was gebouwd op een kleine verhoging langs de Maas, om ook bij de sterk wisselende waterstanden bewoonbaar te blijven. Aangenomen wordt, dat er in deze periode ook al sprake moet zijn geweest van een voorburcht. Het gehele complex was omgeven door een gracht. Gezien de belangrijke functies van de familie Van Broekhuizen binnen het hertogdom wordt aangenomen, dat zij na het in bezit krijgen van het kasteel de woonvoorzieningen ervan aanzienlijk hebben verbeterd. In combinatie met de resultaten van het bouwhistorisch onderzoek kan daarom eind 14e of begin 15e eeuw een tweede bouwperiode worden gedateerd, waarbij een deel van de ringmuur aan de oostzijde werd vervangen door een gedeeltelijk buiten de oorspronkelijke ringmuur gesitueerde woonvleugel met drie vertrekken. Het verloop deze in mergelsteen uitgevoerde woonvleugel volgde in grote lijnen dat van de oorspronkelijke ringmuur. Een derde belangrijke bouwperiode wordt gedateerd eind 15e of begin 16e eeuw, toen voorburcht en hoofdburcht door twee verschillende families werden bewoond. In die periode moeten aan de oostzijde van de voorburcht direct tegenover de hoofdburcht woonvleugels zijn gebouwd. De oorspronkelijke ronde toren van de hoofdburcht werd in die periode met twee verdiepingen verlaagd en de ringmuur aan de westzijde werd vervangen door een veelhoekige buitenmuur op een afstand van circa 3 á 4m. Ter plaatse van de oorspronkelijke doorgang naar de voorburcht werd als onderdeel van deze muur een zware rechthoekige toren gebouwd. De toegang tot de hoofdburcht werd in deze periode verplaats naar de zuidzijde. In de loop van tijd werd het gekromde woongebouw aan de oostzijde vervangen door een L-vormig in metselwerk uitgevoerd woongebouw, met daarin de toegang tot de hoofdburcht. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog heeft kasteel Geysteren veel te leiden gehad van oorlogshandelingen. Zo is in 1581 en 1585 de voorburcht volledig en de hoofdburcht gedeeltelijk verwoest. Na het beëndigen van de Tachtigjarige Oorlog heeft Adam Schellarts van Obbendorf een aanzet gegeven tot herbouw van het kasteel, waarbij is gestart met de bouw van de nieuwe u-vormige voorburcht. De ingrijpende verbouwing van de hoofdburcht wordt met name toegeschreven aan zijn zoon Johan Vincent Hierbij werden diverse vertrekken aan de noordzijde en de westzijde aangelegd, werd op de binnenplaats de zuilengalerij gerealiseerd en werd de westelijke toren verder opgehoogd en omgebouwd tot toegangstoren vanaf de voorburcht. Uit 19e eeuwse tekeningen blijkt, dat alle gebouwen rondom de middenplaats dezelfde dakhoogte hadden.Bij de grote brand van 1918, werd een groot gedeelte van de hoofdburcht verwoest. In de jaren 1919-1920 werden de L-vormige woonvleugel aan de zuid-oostzijde, de galerij met bovenliggende ruimten aan de noord- en westzijde en de westelijke toegangstoren weer gerestaureerd. De naast de galerij liggende ruimten aan de west- en noordzijde werden afgebroken tot het niveau van de binnenplaats en omgebouwd tot terrassen. In de winter van 1944 werden voorburcht en hoofdburcht door geallieerde bombardementen zodanig verwoest, dat na afloop van de Tweede Wereldoorlog besloten werd om niet tot restauratie over te gaan. Om verdere aantasting ervan door vandalisme en weersinvloeden te voorkomen, werden de restanten verder afgebroken.
Op grond van het vanaf 1958 uitgevoerde bouwhistorisch onderzoek is vastgesteld, dat de oudste bouwperiode stamt uit begin 13e eeuw. Dit betreft een ronde toren met een buitenmiddellijn van circa 10m, omringd door een ronde schildmuur een diameter van circa 23m en voorzien van een weergang op bogen. De hoogte van de toren moet ten minste 3 of 4 verdiepingen boven de kelder zjn geweest, omdat in 1501 de bovenste twee verdiepingen ervan moest worden afgebroken. De burcht was gebouwd op een kleine verhoging langs de Maas, om ook bij de sterk wisselende waterstanden bewoonbaar te blijven. Aangenomen wordt, dat er in deze periode ook al sprake moet zijn geweest van een voorburcht. Het gehele complex was omgeven door een gracht. Gezien de belangrijke functies van de familie Van Broekhuizen binnen het hertogdom wordt aangenomen, dat zij na het in bezit krijgen van het kasteel de woonvoorzieningen ervan aanzienlijk hebben verbeterd. In combinatie met de resultaten van het bouwhistorisch onderzoek kan daarom eind 14e of begin 15e eeuw een tweede bouwperiode worden gedateerd, waarbij een deel van de ringmuur aan de oostzijde werd vervangen door een gedeeltelijk buiten de oorspronkelijke ringmuur gesitueerde woonvleugel met drie vertrekken. Het verloop deze in mergelsteen uitgevoerde woonvleugel volgde in grote lijnen dat van de oorspronkelijke ringmuur. Een derde belangrijke bouwperiode wordt gedateerd eind 15e of begin 16e eeuw, toen voorburcht en hoofdburcht door twee verschillende families werden bewoond. In die periode moeten aan de oostzijde van de voorburcht direct tegenover de hoofdburcht woonvleugels zijn gebouwd. De oorspronkelijke ronde toren van de hoofdburcht werd in die periode met twee verdiepingen verlaagd en de ringmuur aan de westzijde werd vervangen door een veelhoekige buitenmuur op een afstand van circa 3 á 4m. Ter plaatse van de oorspronkelijke doorgang naar de voorburcht werd als onderdeel van deze muur een zware rechthoekige toren gebouwd. De toegang tot de hoofdburcht werd in deze periode verplaats naar de zuidzijde. In de loop van tijd werd het gekromde woongebouw aan de oostzijde vervangen door een L-vormig in metselwerk uitgevoerd woongebouw, met daarin de toegang tot de hoofdburcht. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog heeft kasteel Geysteren veel te leiden gehad van oorlogshandelingen. Zo is in 1581 en 1585 de voorburcht volledig en de hoofdburcht gedeeltelijk verwoest. Na het beëndigen van de Tachtigjarige Oorlog heeft Adam Schellarts van Obbendorf een aanzet gegeven tot herbouw van het kasteel, waarbij is gestart met de bouw van de nieuwe u-vormige voorburcht. De ingrijpende verbouwing van de hoofdburcht wordt met name toegeschreven aan zijn zoon Johan Vincent Hierbij werden diverse vertrekken aan de noordzijde en de westzijde aangelegd, werd op de binnenplaats de zuilengalerij gerealiseerd en werd de westelijke toren verder opgehoogd en omgebouwd tot toegangstoren vanaf de voorburcht. Uit 19e eeuwse tekeningen blijkt, dat alle gebouwen rondom de middenplaats dezelfde dakhoogte hadden.Bij de grote brand van 1918, werd een groot gedeelte van de hoofdburcht verwoest. In de jaren 1919-1920 werden de L-vormige woonvleugel aan de zuid-oostzijde, de galerij met bovenliggende ruimten aan de noord- en westzijde en de westelijke toegangstoren weer gerestaureerd. De naast de galerij liggende ruimten aan de west- en noordzijde werden afgebroken tot het niveau van de binnenplaats en omgebouwd tot terrassen. In de winter van 1944 werden voorburcht en hoofdburcht door geallieerde bombardementen zodanig verwoest, dat na afloop van de Tweede Wereldoorlog besloten werd om niet tot restauratie over te gaan. Om verdere aantasting ervan door vandalisme en weersinvloeden te voorkomen, werden de restanten verder afgebroken.
Afbeeldingen
- Google Earth datum beeldmateriaal 2005, geraadpleegd september 2011, - kadastrale minuutkaart, gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01,, geraadpleegd september 2011; - Afb. 2 De middeleeuwse gedaantewisselingen van Huys Geysteren tot circa 1560, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 8; - Afb.3 Huys Geysteren, zoals misschien rond 1225 was gebouwd, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 9; - Afb. 4 Schets in vogelvluchtperspectief van Huys Geysteren na een uitbreiding rond 1400, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 9; - Afb. 6 Huys Geysteren in vogelvlucht rond 1550, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 11; - Afb. 6 Overzichtskaart van de opgegraven fundamenten, Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 79; - Afb. 1 Huys Geysteren vanuit het zuiden; voor 1880. Pentekening in bezit van J.F.M.J. baron van Weichs de Wenne, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 7; - Afb. LXXXIV, plattegrond Geisteren na 1919, Kasteel, Mialaret, J.H.A., 1937, De nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Deel V, De Provincie Limburg, Tweede stuk: Noord-Limburg, 236; - Luchtfoto van Huis Geysteren tussen 1919 en 1945, Hupperetz,W., Olde Meierink,B. en Rommes,R. (red.), 2005, Kastelen in Limburg, Burchten en Landhuizen (1000-1800), Utrecht, Stichting Limburgse Kastelen, 120; - Buitenzijde poortgebouw voorburcht kasteel Geysteren met brug over buitengracht voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 6; - Binnenzijde poortgebouw voorburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 3; - Noordzijde hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 10; - Zuid-westzijde hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 11; -Binnenplaats hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 13; - Westzijde hoofdburcht kasteel Geysteren na restauratie van 1920, Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 75; -Afb. 12 Zuid-westzijde hoofdburcht van kasteel Geysteren na de restaratie van 1920, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 15;
- Google Earth datum beeldmateriaal 2005, geraadpleegd september 2011, - kadastrale minuutkaart, gemeente Wanssum, 1811-1832, Limburg, sectie A, blad 01,, geraadpleegd september 2011; - Afb. 2 De middeleeuwse gedaantewisselingen van Huys Geysteren tot circa 1560, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 8; - Afb.3 Huys Geysteren, zoals misschien rond 1225 was gebouwd, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 9; - Afb. 4 Schets in vogelvluchtperspectief van Huys Geysteren na een uitbreiding rond 1400, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 9; - Afb. 6 Huys Geysteren in vogelvlucht rond 1550, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 11; - Afb. 6 Overzichtskaart van de opgegraven fundamenten, Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 79; - Afb. 1 Huys Geysteren vanuit het zuiden; voor 1880. Pentekening in bezit van J.F.M.J. baron van Weichs de Wenne, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 7; - Afb. LXXXIV, plattegrond Geisteren na 1919, Kasteel, Mialaret, J.H.A., 1937, De nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Deel V, De Provincie Limburg, Tweede stuk: Noord-Limburg, 236; - Luchtfoto van Huis Geysteren tussen 1919 en 1945, Hupperetz,W., Olde Meierink,B. en Rommes,R. (red.), 2005, Kastelen in Limburg, Burchten en Landhuizen (1000-1800), Utrecht, Stichting Limburgse Kastelen, 120; - Buitenzijde poortgebouw voorburcht kasteel Geysteren met brug over buitengracht voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 6; - Binnenzijde poortgebouw voorburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 3; - Noordzijde hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 10; - Zuid-westzijde hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 11; -Binnenplaats hoofdburcht kasteel Geysteren voor 1900, Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 13; - Westzijde hoofdburcht kasteel Geysteren na restauratie van 1920, Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 75; -Afb. 12 Zuid-westzijde hoofdburcht van kasteel Geysteren na de restaratie van 1920, Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 15;
Bronnen
-http://watwaswaar.nl/#eW-Ii-7-1-1v-1-44ZM-1G7M---4CG, geraadpleegd september 2011; - http://monumentenregister.cultureelerfgoed.nl/php/main.php, geraadpleegd september 2011; - http://archis2.archis.nl/archisii/html/index.html, geraadpleegd september 2011; - http://portal.prvlimburg.nl/gisviewer/viewer.do?appCode=2b7ef4d2aba6c0c2163d6d9b2ad6a8f3; geraadpleegd september 2011; - Sloet,J.J.S., 1904, Register op de Leenaktenboeken Vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, deel 1, Het Overkwartier, 118;
-http://watwaswaar.nl/#eW-Ii-7-1-1v-1-44ZM-1G7M---4CG, geraadpleegd september 2011; - http://monumentenregister.cultureelerfgoed.nl/php/main.php, geraadpleegd september 2011; - http://archis2.archis.nl/archisii/html/index.html, geraadpleegd september 2011; - http://portal.prvlimburg.nl/gisviewer/viewer.do?appCode=2b7ef4d2aba6c0c2163d6d9b2ad6a8f3; geraadpleegd september 2011; - Sloet,J.J.S., 1904, Register op de Leenaktenboeken Vorstendom Gelre en graafschap Zutphen, deel 1, Het Overkwartier, 118;
Literatuur
- Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 1-22 ; - Flokstra,M., 1986, Een bijdrage over de heren van Geijsteren in de vijftiende eeuw, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- nen Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 94-107; - Flokstra,M., 1988, De heren van Geysteren in de middeleeuwen, Venray. -Flokstra,M., 1988, Geysteren in de Middeleeuwen, Doorn, Castollogica, 19-48; - Flokstra, M., 1995, Kastelen in het land van Kessel, uitgave stichting Oudheidkamer Horst, 27-31; - Flokstra, M., 2005, Kastelen in het land van Kessel, Venraay, 364-387; - Hupperetz,W., Olde Meierink,B. en Rommes,R. (red.), 2005, Kastelen in Limburg, Burchten en Landhuizen (1000-1800), Utrecht, Stichting Limburgse Kastelen, 118-121; - Jacobs, M.E., 1966, Verslag zomerkamp 1966, Fibula 7e jaargang no 4, Den Haag,75; - Janssen, H.L., Kylstra-Wielinga, J.M.M., Olde Meierink, B., 1996, 1000 jaar Kastelen in Nederland, functie en vorm door de eeuwen heen, Utrecht, 37, 50, 51, 55, 56, 152, 327; - Mialaret, J.H.A., 1937, De nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Deel V, De Provincie Limburg, Tweede stuk: Noord-Limburg, 235-238; -Meurs, W.F.G.,1965, Verslag zomercampagnes 1965, Fibula 6e jaargang no 3, Den Haag, 50; - Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 72-93; - Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 7-18; - Win, J.T.H. de,1975, Kastelen in Limburg, Hoensbroek, 93.
- Beelaerts van Blokland, W.A., Gelder, H.E., Wynaendts van Resandt, W., Sluyterman, K., 1915, Nederlandsche Kastelen en hun historie, derde deel, Amsterdam, 1-22 ; - Flokstra,M., 1986, Een bijdrage over de heren van Geijsteren in de vijftiende eeuw, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- nen Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 94-107; - Flokstra,M., 1988, De heren van Geysteren in de middeleeuwen, Venray. -Flokstra,M., 1988, Geysteren in de Middeleeuwen, Doorn, Castollogica, 19-48; - Flokstra, M., 1995, Kastelen in het land van Kessel, uitgave stichting Oudheidkamer Horst, 27-31; - Flokstra, M., 2005, Kastelen in het land van Kessel, Venraay, 364-387; - Hupperetz,W., Olde Meierink,B. en Rommes,R. (red.), 2005, Kastelen in Limburg, Burchten en Landhuizen (1000-1800), Utrecht, Stichting Limburgse Kastelen, 118-121; - Jacobs, M.E., 1966, Verslag zomerkamp 1966, Fibula 7e jaargang no 4, Den Haag,75; - Janssen, H.L., Kylstra-Wielinga, J.M.M., Olde Meierink, B., 1996, 1000 jaar Kastelen in Nederland, functie en vorm door de eeuwen heen, Utrecht, 37, 50, 51, 55, 56, 152, 327; - Mialaret, J.H.A., 1937, De nederlandsche Monumenten van Geschiedenis en Kunst, Deel V, De Provincie Limburg, Tweede stuk: Noord-Limburg, 235-238; -Meurs, W.F.G.,1965, Verslag zomercampagnes 1965, Fibula 6e jaargang no 3, Den Haag, 50; - Renaud, J.G.N., 1986, Over de gedaanteverwisselingen van het Huys Geysteren, bijdrage aan bundel nr.9 van Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap, Maastricht, 72-93; - Renaud, J.G.N., 1988, Huys Geysteren, Doorn, Castellogica II, 7-18; - Win, J.T.H. de,1975, Kastelen in Limburg, Hoensbroek, 93.
Documentatie
N.v.t.
N.v.t.
Coördinaten
Coordinaten: 51°31'18.34'N, 6°03'17.32'O
Kaartblad: 52E , x: 201,30, y: 396,45, precisie 2
Coordinaten: 51°31'18.34'N, 6°03'17.32'O
Kaartblad: 52E , x: 201,30, y: 396,45, precisie 2
Bescherming gebouw
Status:
Monumentnummer: 28441
Beschrijving uit ODB: 'Ruine van het in 1944-'45 verwoeste in een omgrachting gelegen kasteel Geysteren, XVII en ouder'.
Status:
Monumentnummer: 28441
Beschrijving uit ODB: 'Ruine van het in 1944-'45 verwoeste in een omgrachting gelegen kasteel Geysteren, XVII en ouder'.
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan: N (Van toepassing is het na de herindeling en samenvoeging van Geijsteren bij Venray gedeeltelijk herziene bestemmingsplan van de gemeente Venray 'Buitengebied voormalig Meerlo-Wanssum'. )
Bestemming: (Het kasteel valt binnen 'een landgoed op grond van de Natuurschoonwet' )
Bestemmingsplan: N (Van toepassing is het na de herindeling en samenvoeging van Geijsteren bij Venray gedeeltelijk herziene bestemmingsplan van de gemeente Venray 'Buitengebied voormalig Meerlo-Wanssum'. )
Bestemming: (Het kasteel valt binnen 'een landgoed op grond van de Natuurschoonwet' )
Auteur en datum
Auteur: J.H.Wendrich
Beschrijving gemaakt: oktober 2011
Auteur: J.H.Wendrich
Beschrijving gemaakt: oktober 2011
Bouwhistorisch onderzoek RCE
N.V.T.
N.V.T.
Archeologisch onderzoek RCE
- Renaud, J.G.N, 1958, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 11, 1958, 106 en 124; - Renaud, J.G.N., 1964, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 17, 1964, 223; - Renaud, J.G.N., 1965, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 64, 1964, 121-122; - Renaud, J.G.N., 1966, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 65 1966, 95;
- Renaud, J.G.N, 1958, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 11, 1958, 106 en 124; - Renaud, J.G.N., 1964, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 17, 1964, 223; - Renaud, J.G.N., 1965, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 64, 1964, 121-122; - Renaud, J.G.N., 1966, Geysteren, Archeologisch nieuws als onderdeel van Bulletin van de Koninklijke Nederlandse Oudheidkundige Bond jaargang 65 1966, 95;
Overig onderzoek
N.v.t.
N.v.t.
Geomorfologische codering
2R8: Rivierdalbodem, laaggelegen
2R8: Rivierdalbodem, laaggelegen
Bodemkundige codering
KRd1: Ooivaaggronden, lichte zavel
KRd1: Ooivaaggronden, lichte zavel
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.