Oudste vermelding
Datum: Onbekend
Bron:
...
Bezitsgeschiedenis
Het huis was eens bezit van Jan van Bersselaar. In 1726 kwam 1/3 deel van het slot in handen van Johanna van Gils, weduwe van Barent Croes. Zij had dit geërfd van haar vader Adriaan van Gils. In 1759 was het huis in handen van Jan Adriaan van Raamsdonk. Diens weduwe verkocht het in 1832 aan Johannes Hendrik van den Broek [vd Wielen].
Historische betekenis
De schuur van het huis werd eind zeventiende eeuw als schuilkerk gebruikt [vd Wielen].
Bouwgeschiedenis
Het slotje Ter Aalst of Bersselaar werd rond 1635 gebouwd ter vervanging van een ouder slotje.
Dit voormalige huis wordt in 15de- en 16de eeuwse archivalia aangeduid met ‘gestate’, dat kortweg neerkomt op ‘ridderlijk verblijf, kasteel of herenhuis’. Nadere gegevens over de aard en de omvang ervan ontbreken. Hierdoor is het niet goed mogelijk een middeleeuwse typologie te bepalen.
Over de bouwgeschiedenis van Ter Aalst kan enkel worden gesteld dat er rond 1635 een slotje is gebouwd ter vervanging van een vroegere voorganger. Over de middeleeuwse toestand kan niets worden gezegd. Van der Aa (1839) schrijft over de opvolger van de middeleeuwse ‘gestate’: 'Het is een zeer oud gebouw, met eenen hoogen spitsen gevel opgebouwd, met twee steenen schilderhuizen boven tegen elken hoek van den voorgevel, waartegen een lager gebouw aan vast zat. Het was met zijn werf omwaterd, doch dit water is in het begin der vorige eeuw tegen de straat gedempt en tot eenen hof veranderd, ook had het tegen de straat een gemetselde poort met eenen woning daarboven op, doch deze is terzelfder tijd afgebroken'.
De toestand zoals die hier door Van der Aa wordt beschreven is deels zichtbaar op een prent van Le Roy uit 1694. Hier gaat hier om het westelijke deel dat wordt gekenmerkt door een T-vormige plattegrond met aanbouw. Opmerkelijk is, wanneer men deze afbeelding vergelijkt met de situatie weergegeven door C. Pronk in 1729, dat de beide afbeelding nogal verschillen. Bij de latere tekening ontbreekt één groot bouwvolume dat op de prent uit 1694 wel zichtbaar is (het grote oostelijke bouwvolume; het dichtst bij de kerk). De situatie op de prent van Le Roy wordt, afgaande op de positie van de afgebeelde kerk, bezien vanuit noordwestelijke richting. Bij de tekening van Pronk uit 1729 is de kijkrichting niet duidelijk. Mogelijk is het afgebeelde object vanuit het zuiden (de straatkant) opgetekend. Op de plek waar een klein bijgebouw zichtbaar is op de afbeelding van Pronk (rechter bouwvolume), zou vroeger (volgens Le Roy) een groter bouwvolume haaks op het eenbeukige pand hebben gestaan. Als de aangenomen kijkrichting correct is, blijkt dat het lagere bouwdeel, dat aan de hoek van de voorgevel (op het westen) vast zat, wel behouden is gebleven.
J. H. van Mosselveld (1964) werpt een licht op een mogelijke typologie, echter doelt ook hij (net als Van der Aa) op de toestand na 1635. Hij stelt dat het nabijgelegen slotje Beveren, net als Borsselen, in de oorspronkelijke (d.w.z., rond 1635) toestand, meer weg had van een boerderij dan van een hofstede. Deze bouwwerken vertoonden een sterk horizontaal aspect, doordat zij slechts één verdieping hoog waren. Het zadeldak, de opkamer boven een hooggelegen kelder, de in de voorgevel gelegen voordeur, de loodrecht op het hoofdgedeelte naar achteren uitstekende, soms lagere vleugel, het zijn allen kenmerken die van de boerderij werden overgenomen. Ditzelfde kan men opmerken van het omstreeks 1635 nieuw gebouwde slotje Van Aalst. Dergelijke typeringen komen overeen met de afbeelding (bijlage II) Van Cornelis Pronk uit 1729. Op deze afbeelding lijkt echter één bouwvolume te ontbreken dat op de afbeelding van Le Roy wel zichtbaar is.
Als het klopt dat het middeleeuwse object omstreeks 1635 geheel is vervangen, zoals Van Mosselveld stelt, dan is het niet aannemelijk dat men een middeleeuwse toestand uit de afbeeldingen kan herleiden.
Uit de situatie zoals deze zich voordoet op de kadastrale minuut (Oosterhout, sectie R, blad 01) blijkt dat het object dat het in 1635 gebouwde object vóór 1830 moet zijn verdwenen. Hierop is op de plek van het voormalig kasteel een L-vormig huis te zien dat is opgedeeld in meerdere woningen en een groot rechthoekig bouwvolume, mogelijk een schuur. Ook deze bouwvolumen zijn verdwenen (zie Huidige situatie) [A-rubriek vd Wielen, B-rubriek Jurriaan].