Wijchen
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Wijchen
Wijchen
Locatie
Adres: Kasteellaan 9, 6602 DA Wijchen
Wijchen
Gemeente Gemeente Wijchen
Provincie Gelderland
Adres: Kasteellaan 9, 6602 DA Wijchen
Wijchen
Gemeente Gemeente Wijchen
Provincie Gelderland
Typologie
Bij kasteel Wijchen gaat het om een compact zaaltorenkasteel.
Bij kasteel Wijchen gaat het om een compact zaaltorenkasteel.
Etymologie
Huidige situatie
Het kasteel is na de brand van 1906 weer herbouwd en is hersteld in zeventiende-eeuwse staat. Het kasteelterrein wordt aan de buitensingels afgesloten door een bakstenen poort. Deze poort heeft wangstukken, houten vleugeldeuren en ingemetselde bossages en pilasters. Op het kasteelterrein staat verder nog een bouwhuis uit de zeventiende eeuw.
Het kasteel is na de brand van 1906 weer herbouwd en is hersteld in zeventiende-eeuwse staat. Het kasteelterrein wordt aan de buitensingels afgesloten door een bakstenen poort. Deze poort heeft wangstukken, houten vleugeldeuren en ingemetselde bossages en pilasters. Op het kasteelterrein staat verder nog een bouwhuis uit de zeventiende eeuw.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar: (?)
Grondgebruik:
Het kasteel is in 1906 afgebrand en vervolgens herbouwd. Bij de brand bleef het opgaande muurwerk gespaard, dat grotendeels dateert uit de zestiende eeuw. Volgens Eliëns dateert alleen het muurwerk van de kelders en de toegangspartij nog uit de tweede helft van de veertiende eeuw.
Zichtbaar: (?)
Grondgebruik:
Het kasteel is in 1906 afgebrand en vervolgens herbouwd. Bij de brand bleef het opgaande muurwerk gespaard, dat grotendeels dateert uit de zestiende eeuw. Volgens Eliëns dateert alleen het muurwerk van de kelders en de toegangspartij nog uit de tweede helft van de veertiende eeuw.
Afmetingen
De afmetingen van kasteel Wijchen zijn circa 19 bij 23 meter.
De afmetingen van kasteel Wijchen zijn circa 19 bij 23 meter.
Oudste vermelding
Datum: 13 januari 1392
Bron: leenakte
"'dat huys en wonynge tot Wijchen mit seynen singel'."
De oudste vermelding van kasteel Wijchen stamt uit 1392. In dat jaar werd Bernt van Galen beleend met kasteel Wijchen: 'die Meer ende die Leler, met hoern toebehoiren, dats te weten alle erve, (...) gelegen in Leunrebroick, (...) voirt dat huys en wonynge tot Wijchen mit seynen singel (...)'(In: Eliëns en Harenberg, 1984, p. 180).
Het is volgens Eliëns en Harenberg nog onduidelijk of het bij 'die Meer ende die Leler' om een ander huis gaat dan 'dat huys en wonynge tot Wijchen' of dat het daarbij misschien toch gaat om hetzelfde object (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 180).
Datum: 13 januari 1392
Bron: leenakte
"'dat huys en wonynge tot Wijchen mit seynen singel'."
De oudste vermelding van kasteel Wijchen stamt uit 1392. In dat jaar werd Bernt van Galen beleend met kasteel Wijchen: 'die Meer ende die Leler, met hoern toebehoiren, dats te weten alle erve, (...) gelegen in Leunrebroick, (...) voirt dat huys en wonynge tot Wijchen mit seynen singel (...)'(In: Eliëns en Harenberg, 1984, p. 180).
Het is volgens Eliëns en Harenberg nog onduidelijk of het bij 'die Meer ende die Leler' om een ander huis gaat dan 'dat huys en wonynge tot Wijchen' of dat het daarbij misschien toch gaat om hetzelfde object (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 180).
Bezitsgeschiedenis
In de veertiende eeuw was kasteel Wijchen in handen van het geslacht Van Galen. Op 13 januari 1392 werd Bernt van Galen beleend met kasteel Wijchen. In 1536 werd Gijsbert van Bronckhorst, heer van Batenburg de eigenaar van het kasteel. In 1568 werd Gijsbert samen met zijn broer Dirk van Bronckhorst onthoofd door de Spaanse landvoogd, omdat zij het gewaagd hadden in 1567 een leger te vormen om Walcheren op de Spanjaarden te veroveren. Dit eerste treffen tussen de bewoners van de Nederlanden en hun heer Philips II van Spanje liep voor de opstandelingen niet goed af. In 1609 kocht Emilia van Nassau, dochter van Willem I van Oranje Nassau en Anna van Saksen, Wijchen voor zichzelf en haar echtgenoot, prins Emanuel van Portugal. Zij kocht het kasteel van Geertruid van Dalem. Elisabeth van Bronckhorst doeg haar bezitsrechten, die zij nooit had opgegeven, in 1622 officieel aan Emilia over. Prins Emanuel vertrok in 1626 naar Brussel om zijn positie aan het hof daar te verbeteren. Emilia vertrok daarop met haar dochters naar Zwitserland. Daar stierf zij in 1629. Emanuel wist zich in 1630 met het kasteel te laten belenen, maar hij kon verder geen aanspraak maken op de bezittingen van zijn overleden echtgenote. In datzelfde jaar kreeg tenslotte zijn dochter Emilia Louisa uit naam van haar vier zusters kasteel Wijchen in leen. In 1639 verkochten deze prinsessen kasteel Wijchen aan Eustatius van Hemert. Hij verkocht het in 1640 aan Philips van Nassau, heer van Grimhuizen. Deze Philips was een kleinzoon van prins Willem van Oranje. De dochter en schoonzoon van Philips van Nassau, Anna Margaretha en Johan Gerrit van Oostrum verkochten kasteel Wijchen aan Meinard de Parceval, gouverneur van Hulst. Zijn kleinzoon verkocht het in 1724 aan Johan Frans van Scherpenzeel. In 1758 werd Hendrik Balthasar van Wevelinckhoven beleend met het kasteel. Het kasteel komt uiteindelijk in bezit van Jan Karel Osy, een kleinzoon van de zuster van Henrik Balthasar. Kasteel Wijchen bleef tot in de negentiende eeuw in het bezit van de familie Osy. Na het overlijden van Eduard Joseph François baron Osy verkochten zijn erfgenamen het kasteel met de bijbehorende goederen. Het geheel werd geveild en jonkvrouwe Adriana Wilhelmina van Andringa de Kempenaer werd in 1903 de nieuwe eigenaresse. Zij maakte het verwaarloosde kasteel weer bewoonbaar, maar in 1906 werd het in de nacht van 5 op 6 december echter door een brand verwoest. Alleen het opgaande muurwerk bleef gespaard. Ze besloot het kasteel te herbouwen onder leiding van de Nijmeegse architect F. A. Ludewig. De eigenaresse overleed in 1926. Twee neven van mevrouw Van Andringa de Kempenaer verkochten het kasteel in 1932 aan de gemeente Wijchen. Het park met de eikenlanen en het koetshuis werd eigendom van Stichting Het Geldersch Landschap. In 1933 werd het kasteel als raadhuis in gebruik genomen. Hoewel men in 1981 een nieuw raadhuis in gebruik nam, vergadert men nog steeds in kasteel Wijchen.
In de veertiende eeuw was kasteel Wijchen in handen van het geslacht Van Galen. Op 13 januari 1392 werd Bernt van Galen beleend met kasteel Wijchen. In 1536 werd Gijsbert van Bronckhorst, heer van Batenburg de eigenaar van het kasteel. In 1568 werd Gijsbert samen met zijn broer Dirk van Bronckhorst onthoofd door de Spaanse landvoogd, omdat zij het gewaagd hadden in 1567 een leger te vormen om Walcheren op de Spanjaarden te veroveren. Dit eerste treffen tussen de bewoners van de Nederlanden en hun heer Philips II van Spanje liep voor de opstandelingen niet goed af. In 1609 kocht Emilia van Nassau, dochter van Willem I van Oranje Nassau en Anna van Saksen, Wijchen voor zichzelf en haar echtgenoot, prins Emanuel van Portugal. Zij kocht het kasteel van Geertruid van Dalem. Elisabeth van Bronckhorst doeg haar bezitsrechten, die zij nooit had opgegeven, in 1622 officieel aan Emilia over. Prins Emanuel vertrok in 1626 naar Brussel om zijn positie aan het hof daar te verbeteren. Emilia vertrok daarop met haar dochters naar Zwitserland. Daar stierf zij in 1629. Emanuel wist zich in 1630 met het kasteel te laten belenen, maar hij kon verder geen aanspraak maken op de bezittingen van zijn overleden echtgenote. In datzelfde jaar kreeg tenslotte zijn dochter Emilia Louisa uit naam van haar vier zusters kasteel Wijchen in leen. In 1639 verkochten deze prinsessen kasteel Wijchen aan Eustatius van Hemert. Hij verkocht het in 1640 aan Philips van Nassau, heer van Grimhuizen. Deze Philips was een kleinzoon van prins Willem van Oranje. De dochter en schoonzoon van Philips van Nassau, Anna Margaretha en Johan Gerrit van Oostrum verkochten kasteel Wijchen aan Meinard de Parceval, gouverneur van Hulst. Zijn kleinzoon verkocht het in 1724 aan Johan Frans van Scherpenzeel. In 1758 werd Hendrik Balthasar van Wevelinckhoven beleend met het kasteel. Het kasteel komt uiteindelijk in bezit van Jan Karel Osy, een kleinzoon van de zuster van Henrik Balthasar. Kasteel Wijchen bleef tot in de negentiende eeuw in het bezit van de familie Osy. Na het overlijden van Eduard Joseph François baron Osy verkochten zijn erfgenamen het kasteel met de bijbehorende goederen. Het geheel werd geveild en jonkvrouwe Adriana Wilhelmina van Andringa de Kempenaer werd in 1903 de nieuwe eigenaresse. Zij maakte het verwaarloosde kasteel weer bewoonbaar, maar in 1906 werd het in de nacht van 5 op 6 december echter door een brand verwoest. Alleen het opgaande muurwerk bleef gespaard. Ze besloot het kasteel te herbouwen onder leiding van de Nijmeegse architect F. A. Ludewig. De eigenaresse overleed in 1926. Twee neven van mevrouw Van Andringa de Kempenaer verkochten het kasteel in 1932 aan de gemeente Wijchen. Het park met de eikenlanen en het koetshuis werd eigendom van Stichting Het Geldersch Landschap. In 1933 werd het kasteel als raadhuis in gebruik genomen. Hoewel men in 1981 een nieuw raadhuis in gebruik nam, vergadert men nog steeds in kasteel Wijchen.
Historische betekenis
Bouwgeschiedenis
Volgens Eliëns en Harenberg gaat het bij kasteel Wijchen om een kasteel uit de tweede helft van de zestiende eeuw op de grondslagen van een oudere burcht uit het midden van de veertiende eeuw. Dit baseren zij op het verschil in muurdikten van de kelders en de muurdikte van het opgaande muurwerk. Het muurwerk van de hoofdverdieping is ongeveer 75 tot 85 centimeter, terwijl de muren in de kelder 1,40 tot 1,60 meter dik zijn. Van deze voorganger van kasteel Wijchen uit de veertiende eeuw zijn de resten in het muurwerk van de kelders en toegangspartij bewaard gebleven. Kasteel Wijchen bestaat uit een onregelmatige rechthoek met een vooruitstekende ingangspartij aan de voorzijde. Het hele kasteel is onderkelderd. De burcht uit de veertiende eeuw werd verwoest of gedeeltelijk afgebroken en in de tweede helft van de zestiende eeuw begon men met de herbouw. Daarbij trok men twee oudere vleugels opnieuw op en legde men in de binnenhoek een traptoren aan. De noordvleugel is de oudste vleugel. Haaks op de zuidmuur van noordvleugel sluit de korte zijde van de westvleugel aan. De westvleugel was op de bel-etage oorspronkelijk één ruimte, maar nu is deze vleugel onderverdeeld in een grote kamer in het noorden van de westvleugel en twee kamers en een gang in het zuiden van dezelfde vleugel. De opvallende dikte van de west- en zuidzijde van de westvleugel op kelder niveau geeft aan dat deze muren waarschijnlijk deel hebben uitgemaakt van de weermuur die de open ruimte naast de noordvleugel omvatte. De zuidvleugel met de open galerij en de nieuwe ingangspartij voegde men helemaal nieuw toe. In het poortgebouw zijn de resten bewaard gebleven van een oorspronkelijk vierkante toren, die behoord moet hebben tot het middeleeuwse kasteel. Deze middeleeuwse toren moet hebben aangesloten op het oostelijke gedeelte van de noordvleugel. De ingangspartij heeft men gedeeltelijk voor en gedeeltelijk tussen de korte zijden van de noord- en zuidvleugel geplaatst. Boven de zandstenen poort zij acht kleine vensters aangebracht die overkraagd worden door drielobbige bogen en rusten op korte pilasters. In het verlengde van de pilasters heeft men in de bovenmuur smalle velden uitgespaard. Daartussen zijn afwisselend ruitvormige, ronde en blinde nissen aangebracht, waarin op hout geschilderde vorstellingen zijn geplaatst. Eronder verklaren spreuken in gulden letters op ijzeren plaatjes de voorstellingen. Op de binnenplaats bevindt zich een open galerij met zuilen en daarboven een gesloten verdieping. De hoofdingang ligt in de oostvleugel van de traptoren, die in de hoek tussen de noord- en westvleugel is gebouwd. De gevels aan de grachtzijde zijn regelmatig aangelegd met telkens zeven vensters op de bel-etage en zeven vensters op de verdieping. Alleen de ingangsgevel wijkt daarvan af met de zandstenen poort en de zuidzijde heeft op de verdieping slechts zes vensters. De vorm van de vensters is niet oorspronkelijk. De kruiskozijnen met luiken zijn in de negentiende eeuw vervangen door T-vensters met roedenverdeling. Op de buitenhoeken van het kasteel heeft men vier arkeltorentjes aangebracht. De muurankers laten een dubbele E en een gesloten S zien. De dubbele E staat voor Emanuel en Emilia. Op 5 en 6 december 1906 legde een brand kasteel Wijchen grotendeels in de as. Alle kappen werden verwoest. Het muurwerk bleef grotendeels gespaard. Het kasteel werd op aandringen van Victor de Stuers in 1907 en 1908 herbouwd. Men restaureerde de kappen en de schoorstenen en bracht ze in hun oorspronkelijke staat terug.
Volgens Eliëns en Harenberg gaat het bij kasteel Wijchen om een kasteel uit de tweede helft van de zestiende eeuw op de grondslagen van een oudere burcht uit het midden van de veertiende eeuw. Dit baseren zij op het verschil in muurdikten van de kelders en de muurdikte van het opgaande muurwerk. Het muurwerk van de hoofdverdieping is ongeveer 75 tot 85 centimeter, terwijl de muren in de kelder 1,40 tot 1,60 meter dik zijn. Van deze voorganger van kasteel Wijchen uit de veertiende eeuw zijn de resten in het muurwerk van de kelders en toegangspartij bewaard gebleven. Kasteel Wijchen bestaat uit een onregelmatige rechthoek met een vooruitstekende ingangspartij aan de voorzijde. Het hele kasteel is onderkelderd. De burcht uit de veertiende eeuw werd verwoest of gedeeltelijk afgebroken en in de tweede helft van de zestiende eeuw begon men met de herbouw. Daarbij trok men twee oudere vleugels opnieuw op en legde men in de binnenhoek een traptoren aan. De noordvleugel is de oudste vleugel. Haaks op de zuidmuur van noordvleugel sluit de korte zijde van de westvleugel aan. De westvleugel was op de bel-etage oorspronkelijk één ruimte, maar nu is deze vleugel onderverdeeld in een grote kamer in het noorden van de westvleugel en twee kamers en een gang in het zuiden van dezelfde vleugel. De opvallende dikte van de west- en zuidzijde van de westvleugel op kelder niveau geeft aan dat deze muren waarschijnlijk deel hebben uitgemaakt van de weermuur die de open ruimte naast de noordvleugel omvatte. De zuidvleugel met de open galerij en de nieuwe ingangspartij voegde men helemaal nieuw toe. In het poortgebouw zijn de resten bewaard gebleven van een oorspronkelijk vierkante toren, die behoord moet hebben tot het middeleeuwse kasteel. Deze middeleeuwse toren moet hebben aangesloten op het oostelijke gedeelte van de noordvleugel. De ingangspartij heeft men gedeeltelijk voor en gedeeltelijk tussen de korte zijden van de noord- en zuidvleugel geplaatst. Boven de zandstenen poort zij acht kleine vensters aangebracht die overkraagd worden door drielobbige bogen en rusten op korte pilasters. In het verlengde van de pilasters heeft men in de bovenmuur smalle velden uitgespaard. Daartussen zijn afwisselend ruitvormige, ronde en blinde nissen aangebracht, waarin op hout geschilderde vorstellingen zijn geplaatst. Eronder verklaren spreuken in gulden letters op ijzeren plaatjes de voorstellingen. Op de binnenplaats bevindt zich een open galerij met zuilen en daarboven een gesloten verdieping. De hoofdingang ligt in de oostvleugel van de traptoren, die in de hoek tussen de noord- en westvleugel is gebouwd. De gevels aan de grachtzijde zijn regelmatig aangelegd met telkens zeven vensters op de bel-etage en zeven vensters op de verdieping. Alleen de ingangsgevel wijkt daarvan af met de zandstenen poort en de zuidzijde heeft op de verdieping slechts zes vensters. De vorm van de vensters is niet oorspronkelijk. De kruiskozijnen met luiken zijn in de negentiende eeuw vervangen door T-vensters met roedenverdeling. Op de buitenhoeken van het kasteel heeft men vier arkeltorentjes aangebracht. De muurankers laten een dubbele E en een gesloten S zien. De dubbele E staat voor Emanuel en Emilia. Op 5 en 6 december 1906 legde een brand kasteel Wijchen grotendeels in de as. Alle kappen werden verwoest. Het muurwerk bleef grotendeels gespaard. Het kasteel werd op aandringen van Victor de Stuers in 1907 en 1908 herbouwd. Men restaureerde de kappen en de schoorstenen en bracht ze in hun oorspronkelijke staat terug.
Afbeeldingen
-Kasteel Wijchen vanuit het oosten. Pentekening door Cornelis Pronk uit 1732. RKD (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 181).
-Vooraanzicht van kasteel Wijchen. Lithografie naar J.F. Christ uit ca. 1845. Particuliere collectie (Eliëns, 1992, p. 8).
-Plattegrond van de kelderverdieping. Tekening naar een opmeting van A. Mulder uit 1903 (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 179).
-Kasteel Wijchen vanuit het oosten. Pentekening door Cornelis Pronk uit 1732. RKD (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 181).
-Vooraanzicht van kasteel Wijchen. Lithografie naar J.F. Christ uit ca. 1845. Particuliere collectie (Eliëns, 1992, p. 8).
-Plattegrond van de kelderverdieping. Tekening naar een opmeting van A. Mulder uit 1903 (Eliëns en Harenberg, 1984, p. 179).
Bronnen
Literatuur
Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, p. 178-185.
Eliëns, F.M., 1992, Kasteel Wijchen. Serie 'Nederlandse Kastelen'. Nieuwe reeks deel 23. Zutphen.
Schulte, A.G., 1982, Het Rijk van Nijmegen. Westelijk gedeelte. De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst. 's-Gravenhage, p. 345-364.
Stenvert, R.,C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, p. 332-333.
Eliëns, F.M. en J. Harenberg, 1984, Middeleeuwse kastelen van Gelderland. Rijswijk, p. 178-185.
Eliëns, F.M., 1992, Kasteel Wijchen. Serie 'Nederlandse Kastelen'. Nieuwe reeks deel 23. Zutphen.
Schulte, A.G., 1982, Het Rijk van Nijmegen. Westelijk gedeelte. De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst. 's-Gravenhage, p. 345-364.
Stenvert, R.,C. Kolman, S. Broekhoven en B. Olde Meierink, 2000, Monumenten in Nederland. Gelderland. Zwolle, p. 332-333.
Documentatie
?
?
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Bestemmingsplan: ?
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: W. Landewé
Beschrijving gemaakt: 16-10-2000
Auteur: W. Landewé
Beschrijving gemaakt: 16-10-2000
Bouwhistorisch onderzoek RCE
?
?
Archeologisch onderzoek RCE
?
?
Overig onderzoek
?
?
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.