Oudaen
VOLLEDIG [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Oudaen
Oudaen
Locatie
Adres: Zandpad 80
Breukelen
Gemeente Breukelen
Provincie Utrecht
Oudaen is gelegen ca. 2 km ten zuiden van Breukelen, aan de oostkant van de Vecht.
Adres: Zandpad 80
Breukelen
Gemeente Breukelen
Provincie Utrecht
Oudaen is gelegen ca. 2 km ten zuiden van Breukelen, aan de oostkant van de Vecht.
Typologie
Oudaen was een zaaltoren.
Oudaen was een zaaltoren.
Etymologie
Het is onduidelijk waar de naam Oudaen vandaan komt. Het meest waarschijnlijk is dat de naam verband houdt met een voormalige zij-arm van de Vecht, die ooit ter hoogte van de woontoren aftakte. A of Aa betekent waterloop, riviertje. Waar het Oud- in de naam op duidt, is niet duidelijk. Er is geen ander kasteel, dorpje of rivier bekend met een verwante naam, dat jonger zou zijn.
Het is onduidelijk waar de naam Oudaen vandaan komt. Het meest waarschijnlijk is dat de naam verband houdt met een voormalige zij-arm van de Vecht, die ooit ter hoogte van de woontoren aftakte. A of Aa betekent waterloop, riviertje. Waar het Oud- in de naam op duidt, is niet duidelijk. Er is geen ander kasteel, dorpje of rivier bekend met een verwante naam, dat jonger zou zijn.
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 08-08-2011
Huidige functie:
Het huidige kasteel is nog steeds gelegen in een gracht. De hoofdvorm van het kasteel dateert uit de zeventiende eeuw. Op de voorburcht, die wordt afgesloten door 2 woningen, staat een boerderij. Het huis is niet toegankelijk voor publiek.
Laatst bijgewerkt: 08-08-2011
Huidige functie:
Het huidige kasteel is nog steeds gelegen in een gracht. De hoofdvorm van het kasteel dateert uit de zeventiende eeuw. Op de voorburcht, die wordt afgesloten door 2 woningen, staat een boerderij. Het huis is niet toegankelijk voor publiek.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Huis Oudaen is nog volledig intact.
Zichtbaar:
Grondgebruik:
Huis Oudaen is nog volledig intact.
Afmetingen
De hoofdburcht van Oudaen is ca. 15 x 15 m. De voorburcht bevindt zich ten oosten en ten zuiden van de hoofdburcht en is ervan gescheiden door een gracht. Deze voorburcht is ca. 60 x 45 m. Het totale terrein is niet omgeven door een gracht en is ca. 60 x 75 m. groot.
De hoofdburcht van Oudaen is ca. 15 x 15 m. De voorburcht bevindt zich ten oosten en ten zuiden van de hoofdburcht en is ervan gescheiden door een gracht. Deze voorburcht is ca. 60 x 45 m. Het totale terrein is niet omgeven door een gracht en is ca. 60 x 75 m. groot.
Fysisch-geografische situering
Onder het maaiveld liggen de fundamenten van het kasteel op oeverwalafzettingen. Die oeverwalafzettingen zijn de zuidelijke rand van de Heldammer stroomrug. Ten zuiden hiervan ligt een grote rivierkom: de Polder Bijleveld. De laag zand is op de plaats van de voormalige hoofdburcht slechts maximaal 2,0 meter dik. De laag ligt op een dikke laag klei en veen van rivierkomafzettingen. Wellicht was de funderingsondergrond niet stevig genoeg om zonder verzakkingen en scheuren de tijd te doorstaan. Daar is een laag zand van 3,0 meter nodig. Het is mogelijk dat het verdwenen kasteel gefundeerd was met horizontale balken en puin of met verticale heipalen. Nader bodemonderzoek wordt aanbevolen (Coppelmans 2005, nr. 64).
Onder het maaiveld liggen de fundamenten van het kasteel op oeverwalafzettingen. Die oeverwalafzettingen zijn de zuidelijke rand van de Heldammer stroomrug. Ten zuiden hiervan ligt een grote rivierkom: de Polder Bijleveld. De laag zand is op de plaats van de voormalige hoofdburcht slechts maximaal 2,0 meter dik. De laag ligt op een dikke laag klei en veen van rivierkomafzettingen. Wellicht was de funderingsondergrond niet stevig genoeg om zonder verzakkingen en scheuren de tijd te doorstaan. Daar is een laag zand van 3,0 meter nodig. Het is mogelijk dat het verdwenen kasteel gefundeerd was met horizontale balken en puin of met verticale heipalen. Nader bodemonderzoek wordt aanbevolen (Coppelmans 2005, nr. 64).
Oudste vermelding
Datum: 1382?
Bron: Maris
'den huyse van Houdaen nu Oudaen mitten vyff en veertig mergen lands daertoe behorende'.
Datum: 1382?
Bron: Maris
'den huyse van Houdaen nu Oudaen mitten vyff en veertig mergen lands daertoe behorende'.
Bezitsgeschiedenis
Vermoedelijk is Oudaen in het begin van de 14de eeuw gesticht. In 1336 wordt er namelijk een Theodoricus de Houdaen genoemd als getuige voor de bisschop van Utrecht. Pas in 1382 word het kasteel Oudaen voor het eerst genoemd. De eigenaar Dirk van Loenersloot van Oudaen deed de stad Utrecht toen een belofte over zijn Huis tot Houdaen. Het huis ging bij zijn dood over op zijn zoon Zweder, maar die stierf kinderloos, waarna het huis in 1429 overging op zijn neef, Dirk Taets. Aangezien diens oudste zoon priester werd, kwam Oudaen in handen van zijn dochter, Cornelia Taets, die het vervolgens bij haar dood in 1451 naliet aan haar zoon, Ernst van Drakenburg. Zijn tweede zoon Johan erfde Oudaen in 1495. Deze liet het weer na aan zijn dochter Josina, die het in 1578 verkocht aan François van Sneeck. Het huis ging over op zijn dochter Johanna in 1601, en daarna op haar zoon Arnold van der Burg in 1648. Zijn zoon Jacob, heer van Oudaen sinds 1653, stierf kinderloos, waarna Oudaen in handen kwam van Jacobs zuster Johanna Maria van der Burg. Philibert Belizaire de Clerque de Wissocq, haar zoon, erfde het huis in 1689. Het huis bleef in de familie De Clerque de Wissocq tot 1708, toen Auguste de Clerque de Wissocq het verkocht aan Hendrik Jacob Ortt van Nijenrode, die in Amsterdam woonde en Oudaen als buitenhuis gebruikte. Bij zijn dood in 1827 verkocht zijn weduwe, Agnes Maria Warin, het huis aan Gerrit Duuring. Hij werd opgevolgd als heer van Oudaen door zijn zoon Gerard, die het bij zijn dood in 1882 naliet aan al zijn dochters gezamenlijk. Zij verkochten het in 1889 aan Margaretha Elisabeth Willink van Collen. Haar achternicht Maria Elisabeth Quarles van Ufford erfde het van haar in 1935. Het huis werd daarna in 1974 verkocht aan M.N.G. Dukes, in 1984 aan R. Ophorst, in 1990 aan R. Kattenburg en in 1998 aan G.H.M. Vehmeijer. De huidige eigenaar is bij ons onbekend.
Vermoedelijk is Oudaen in het begin van de 14de eeuw gesticht. In 1336 wordt er namelijk een Theodoricus de Houdaen genoemd als getuige voor de bisschop van Utrecht. Pas in 1382 word het kasteel Oudaen voor het eerst genoemd. De eigenaar Dirk van Loenersloot van Oudaen deed de stad Utrecht toen een belofte over zijn Huis tot Houdaen. Het huis ging bij zijn dood over op zijn zoon Zweder, maar die stierf kinderloos, waarna het huis in 1429 overging op zijn neef, Dirk Taets. Aangezien diens oudste zoon priester werd, kwam Oudaen in handen van zijn dochter, Cornelia Taets, die het vervolgens bij haar dood in 1451 naliet aan haar zoon, Ernst van Drakenburg. Zijn tweede zoon Johan erfde Oudaen in 1495. Deze liet het weer na aan zijn dochter Josina, die het in 1578 verkocht aan François van Sneeck. Het huis ging over op zijn dochter Johanna in 1601, en daarna op haar zoon Arnold van der Burg in 1648. Zijn zoon Jacob, heer van Oudaen sinds 1653, stierf kinderloos, waarna Oudaen in handen kwam van Jacobs zuster Johanna Maria van der Burg. Philibert Belizaire de Clerque de Wissocq, haar zoon, erfde het huis in 1689. Het huis bleef in de familie De Clerque de Wissocq tot 1708, toen Auguste de Clerque de Wissocq het verkocht aan Hendrik Jacob Ortt van Nijenrode, die in Amsterdam woonde en Oudaen als buitenhuis gebruikte. Bij zijn dood in 1827 verkocht zijn weduwe, Agnes Maria Warin, het huis aan Gerrit Duuring. Hij werd opgevolgd als heer van Oudaen door zijn zoon Gerard, die het bij zijn dood in 1882 naliet aan al zijn dochters gezamenlijk. Zij verkochten het in 1889 aan Margaretha Elisabeth Willink van Collen. Haar achternicht Maria Elisabeth Quarles van Ufford erfde het van haar in 1935. Het huis werd daarna in 1974 verkocht aan M.N.G. Dukes, in 1984 aan R. Ophorst, in 1990 aan R. Kattenburg en in 1998 aan G.H.M. Vehmeijer. De huidige eigenaar is bij ons onbekend.
Historische betekenis
Het was een ridderhofstad.
Het was een ridderhofstad.
Bouwgeschiedenis
Kasteel Oudaen is waarschijnlijk aan het eind van de 13de of het begin van de 14de eeuw gebouwd. Het was een zaaltoren met muren van ca. 150 cm dik. Zoals nu nog te zien is, bevond zich in de oostmuur van deze woontoren een gemetselde stenen trap. Tegen de toren is tussen 1450 en 1550 een extra vleugel aangebouwd. Deze noordvleugel is lichter van constructie en smaller dan de woontoren. Vervolgens werd rond 1575 aan de oostzijde een traptoren tegen de nieuwe vleugel aan gebouwd. Oudaen kreeg tenslotte zijn definitieve vorm in het eerste kwart van de 17de eeuw, toen er aan de oostkant, tegen de voormalige woontoren en naast de traptoren een achterhuis werd toegevoegd. Na 1625 is Oudaen nauwelijks verbouwd, vermoedelijk omdat het niet bewoond werd. Pas ten tijde van de familie Duuring werd het huis weer onder handen genomen. Het achterhuis werd hoger opgetrokken naar drie bouwlagen en de meeste kruisvensters van het gebouw werden vervangen door grote schuiframen. De houten ophaalbrug werd vervangen door een stenen exemplaar met een monumentaal karakter. Ten tijde van de families Willink van Collen en Quarles van Ufford (1889-1974) lag de nadruk op onderhoud. Er werden eaan de zuid- en oostkant ophaalbruggen aangebracht en op de noordoosthoek werd een houten aanbouw toegevoegd, die dienst deed als bijkeuken. Na 1974 liet de familie Dukes Oudaen grondig restaureren.
Kasteel Oudaen is waarschijnlijk aan het eind van de 13de of het begin van de 14de eeuw gebouwd. Het was een zaaltoren met muren van ca. 150 cm dik. Zoals nu nog te zien is, bevond zich in de oostmuur van deze woontoren een gemetselde stenen trap. Tegen de toren is tussen 1450 en 1550 een extra vleugel aangebouwd. Deze noordvleugel is lichter van constructie en smaller dan de woontoren. Vervolgens werd rond 1575 aan de oostzijde een traptoren tegen de nieuwe vleugel aan gebouwd. Oudaen kreeg tenslotte zijn definitieve vorm in het eerste kwart van de 17de eeuw, toen er aan de oostkant, tegen de voormalige woontoren en naast de traptoren een achterhuis werd toegevoegd. Na 1625 is Oudaen nauwelijks verbouwd, vermoedelijk omdat het niet bewoond werd. Pas ten tijde van de familie Duuring werd het huis weer onder handen genomen. Het achterhuis werd hoger opgetrokken naar drie bouwlagen en de meeste kruisvensters van het gebouw werden vervangen door grote schuiframen. De houten ophaalbrug werd vervangen door een stenen exemplaar met een monumentaal karakter. Ten tijde van de families Willink van Collen en Quarles van Ufford (1889-1974) lag de nadruk op onderhoud. Er werden eaan de zuid- en oostkant ophaalbruggen aangebracht en op de noordoosthoek werd een houten aanbouw toegevoegd, die dienst deed als bijkeuken. Na 1974 liet de familie Dukes Oudaen grondig restaureren.
Afbeeldingen
- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het noorden, door Roelant Roghman, uit 1646/47. RPK, 1888 A 1777 (Dukes-Greup 1995, 351).- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het westen, anoniem, in het Ridderhofstedenboek, ca. 1665. HUA, TA 1119-16 (Dukes-Greup 1995, 352).- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het zuidwesten, door Jan de Beijer, uit 1745. GMA, 1206 (Dukes-Greup 1995, 353).- Tekening van kasteel Oudaen vanuit het zuidwesten, door P.J. Lutgers, uit 1866. Verblijfplaats onbekend (Veiling Christie's, Amsterdam, 15-11-1993, nr. 138) (Dukes-Greup 1995, 355).- Ontwerpen van de eerste en tweede verdieping van kasteel Oudaen van de vroeg 17de-eeuwse verbouwing en uitbreiding van het huis. HUA, familiearchief Ortt, inv. code 74, inv. nr. 62c (Dukes-Greup 1995, 353).- Kadastrale minuut, 1819, gemeente Breukelen-St. Pieter, sectie B, blad 2, nr. 376 (http://watwaswaar.nl/#US-XA-7-ed-1v-1-34bI-2Cy8---1dO, geraadpleegd op 07-07-2010).- Dwarsdoorsnede van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greup, 1995, 354).- Plattegrond van het kelderniveau van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greup 1995, 354).- Plattegrond van de bel-etage van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greu, 1995, 354).- Google Earth foto, 2010, locatie Oudaen (Documentatiecentrum NKS, digitale documentatie).
- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het noorden, door Roelant Roghman, uit 1646/47. RPK, 1888 A 1777 (Dukes-Greup 1995, 351).- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het westen, anoniem, in het Ridderhofstedenboek, ca. 1665. HUA, TA 1119-16 (Dukes-Greup 1995, 352).- Tekening van kasteel Oudaen gezien vanuit het zuidwesten, door Jan de Beijer, uit 1745. GMA, 1206 (Dukes-Greup 1995, 353).- Tekening van kasteel Oudaen vanuit het zuidwesten, door P.J. Lutgers, uit 1866. Verblijfplaats onbekend (Veiling Christie's, Amsterdam, 15-11-1993, nr. 138) (Dukes-Greup 1995, 355).- Ontwerpen van de eerste en tweede verdieping van kasteel Oudaen van de vroeg 17de-eeuwse verbouwing en uitbreiding van het huis. HUA, familiearchief Ortt, inv. code 74, inv. nr. 62c (Dukes-Greup 1995, 353).- Kadastrale minuut, 1819, gemeente Breukelen-St. Pieter, sectie B, blad 2, nr. 376 (http://watwaswaar.nl/#US-XA-7-ed-1v-1-34bI-2Cy8---1dO, geraadpleegd op 07-07-2010).- Dwarsdoorsnede van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greup, 1995, 354).- Plattegrond van het kelderniveau van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greup 1995, 354).- Plattegrond van de bel-etage van kasteel Oudaen. Tekening R.G. Bosch van Drakestein, naar Architectenbureau Van Dam, Van der Sterre en Van Straten, uit 1974 (Dukes-Greu, 1995, 354).- Google Earth foto, 2010, locatie Oudaen (Documentatiecentrum NKS, digitale documentatie).
Bronnen
N.v.t.
N.v.t.
Literatuur
- Appell, R., 1970-71, Het huis Oudaen te Breukelen. (Studie in het kader van het Kandidaatsexamen Bouwkunde Restauratie, T.H. Delft, studiejaar 1970-1971)- Dukes-Greup, M.A., 1984, Oudaen, 't huys met syn optreckende brugge, Alphen aan den Rijn.- Dukes-Greup, M.A., 1993, Vecht en veste, proefschrift, faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft, Delft. - Dukes-Greup, M.A., 1995, `Oudaen' in: B. Olde Meierink e.a, Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, Utrecht, 351-355.- Kolman, C., B. Olde Meierink, R. Stenvert, 1996, Monumenten in Nederland. Utrecht, Zeist/Zwolle, 98.
- Appell, R., 1970-71, Het huis Oudaen te Breukelen. (Studie in het kader van het Kandidaatsexamen Bouwkunde Restauratie, T.H. Delft, studiejaar 1970-1971)- Dukes-Greup, M.A., 1984, Oudaen, 't huys met syn optreckende brugge, Alphen aan den Rijn.- Dukes-Greup, M.A., 1993, Vecht en veste, proefschrift, faculteit der Bouwkunde, Technische Universiteit Delft, Delft. - Dukes-Greup, M.A., 1995, `Oudaen' in: B. Olde Meierink e.a, Kastelen en ridderhofsteden in Utrecht, Utrecht, 351-355.- Kolman, C., B. Olde Meierink, R. Stenvert, 1996, Monumenten in Nederland. Utrecht, Zeist/Zwolle, 98.
Documentatie
Coördinaten
Coordinaten: 52° 9'37.93''N, 5° 0'53.48''O
Kaartblad: 31E , x: 129.521, y: 463.662, precisie 3
Coordinaten: 52° 9'37.93''N, 5° 0'53.48''O
Kaartblad: 31E , x: 129.521, y: 463.662, precisie 3
Bescherming gebouw
Status: (526626 )
Monumentnummer: 526626
ODB Beschrijving: 'Omschrijving onderdeel 1: HOOFDHUIS. Het hoofdhuis van het complex historische buitenplaats Oudaen, in oorsprong daterend uit de late 13e eeuw, is gelegen op een door een gracht omgeven eiland. Gracht, eiland en hoofdhuis liggen vrij dicht bij de Vecht. De hofdtoegang tot het huis bevindt zich aan de zuidzijde alwaar een houten brug over de gracht ligt. Een tweede, ondergeschikte brug bevindt zich aan de noordzijde. Het huis vult nagenoeg het gehele eiland, waarop dan ook geen verdere bebouwing aanwezig is noch is er sprake van enige historische waardevolle aanleg. Het uitwendige van het huis vertoont nog altijd de middeleeuwse toestand van twee evenwijdige vleugels bestaande uit een bovengrondse overwelfde kelder, drie bouwlagen daarboven en ieder een met pannen gedekt zadeldak tussen topgevels. De westgevels zijn uitgevoerd als trapgevels, eindigend in een schoorsteen. Tegen deze gevels bevinden zich van oorsprong de stookplaatsen. Sinds de late 16e eeuw verbindt een zeszijdig arkeltorentje op een zware console vanaf de derde bouwlaag de twee vleugels. Het torentje heeft een klokvormig met lood gedekt dak. De oostgevels zijn uitgevoerd als tuitgevels. Deze gevels zijn nagenoeg blind en worden ten gevolge van de aanbouw verder aan het zicht onttrokken. Aan deze zijde rust op de beide nokken een houtconstructie waarop een luidklokje is aangebracht. De noordgevel vertoont een min of meer regelmatige gevelindeling met vier vensters ter hoogte van de beide verdiepingen en twee vensters ter hoogte van de bel-etage. De vensters van de eerste verdieping zijn nog kruiskozijnen met luiken. Van de andere twee bouwlagen zijn deze vernieuwd tot roede verdeelde schuiframen. Op het dakvlak staat een dakkapel met een hijsbalk. De westgevel heeft respectievelijk twee vensters op de bel-etage, vier op de eerste verdieping en twee vensters op de tweede en enkele kleine vensters in de top. De vensters van de bel-etage plus het meest zuidelijke venster van de eerste verdieping zijn vergroot tot roede verdeelde schuiframen. De overige vensters zijn een kruiskozijn en twee kloosterkozijnen. De gevel vertoont de nodige bouwsporen van o.a. oudere vensters. De zuidgevel heeft drie vensters op de eerste bouwlaag en twee op iedere volgende; alle vensters zijn hier vergroot tot roede verdeelde schuifvensters. In het metselwerk zijn dichtgezette oude vensteropeningen te zien. De gevel wordt beëindigd door een gemetselde tandlijst. Op het dakvlak staat een dakkapel. De toegangsdeur aan deze zijde bevindt zich in de aanbouw. De aanbouw is op een overstek vanaf de hoogte van de bel-etage opgetrokken tot twee bouwlagen afgesloten met een met pannen gedekt schilddak. Het metselwerk boven het overstek heeft een decoratief patroon en wordt afgesloten door een waterlijst. Aan deze zijde voorts twee venster en één daarboven, alle met roede verdeelde schuiframen. De zuidgevel van de aanbouw is als toegangsgevel gaan fungeren met rechts een deurpartij uit ca. 1615 in een houten omlijsting van pilasters met een timpaan. In het timpaan het wapen van Oudaen, een rood St. Andrieskruis op een gouden veld, waarboven een zilveren barensteel met drie voeten. Hiervoor ligt een hoge gemetselde stoep met natuurstenen treden. Verder één venster naast de deur en één op de verdieping, beide met roede verdeelde ramen. Voor de stoep, over de gracht ligt een houten ophaalbrug. Stoep en brug zijn in 1981 naar een oud model vernieuwd. De traptoren uit ca. 1590 bevindt zich in de hoek van de aanbouw en de noordvleugel. Het is een halfronde toren met enkele kleine vensters en wordt gedekt door een plat dak. De traptoren verbindt de kelder en de eerste twee bouwlagen met elkaar. Aan het inwendige van het huis is in essentie weinig veranderd. De beide kelders zijn grote ongedeelde ruimtes gedekt met een tongewelf en voorzien van enkele lichtspleten. De zalen van de eerste bouwlaag zijn later ingedeeld, waarbij aan de oostzijde een kleiner vertrek is afgescheiden en in de zuidvleugel bovendien een korte gang. Eenzelfde situatie doet zich voor in de zuidvleugel op de tweede bouwlaag. De noordvleugel heeft hier zijn zaal over de volle lengte behouden. De derde bouwlaag is verder opgedeeld met een aantal vertrekken. De kappen zijn geheel ongedeeld met alleen in de noordvleuugel een recente inbouw t.b.v. de technische voorzieningen. De kap op het oudste deel dateert uit de 16de eeuw en bestaat uit eiken spanten. De constructie is later diverse malen aangepast. De kap op de noordelijke vleugel heeft eveneens eikenhouten spanten; hier bevindt zich een groot hijsrad. Voorts worden aangetroffen de moer- en kinderbalklagen, deels met sleutelstukken, vloerdelen, houten tussenmuren, deuren, een 16de-eeuwse spiltrap van de tweede verdieping naar de zolder. De schouwen zijn in de meer recente tijd vernieuwd, b.v. de 19de-eeuwse marmeren schouw of gereconstrueerde middeleeuwse schouwen. In de aanbouw bevindt zich op de onderste verdieping van ouds een keuken met tegen de binnenmuur een grote haardpartij en ovens. In de doorgang naar de kelders is links de oorspronkelijk in de muurdikte ingemetselde trap van dit oudste bouwdeel zichtbaar. De ruimte erboven is van ouds als ontvangstruimte of hal in gebruik, in oorsprong waarschijnlijk ongedeeld, tegenwoordig met een nadere indeling. Waardering Het HOOFDHUIS is van algemeen belang: - vanwege de ouderdom; - vanwege de architectuurhistorische waarden van zowel exterieur als interieur; - vanwege typologische waarden (ontwikkeling versterkte huizen); - vanwege zijn beeldbepalende ligging aan de Vecht'.
Status: (526626 )
Monumentnummer: 526626
ODB Beschrijving: 'Omschrijving onderdeel 1: HOOFDHUIS. Het hoofdhuis van het complex historische buitenplaats Oudaen, in oorsprong daterend uit de late 13e eeuw, is gelegen op een door een gracht omgeven eiland. Gracht, eiland en hoofdhuis liggen vrij dicht bij de Vecht. De hofdtoegang tot het huis bevindt zich aan de zuidzijde alwaar een houten brug over de gracht ligt. Een tweede, ondergeschikte brug bevindt zich aan de noordzijde. Het huis vult nagenoeg het gehele eiland, waarop dan ook geen verdere bebouwing aanwezig is noch is er sprake van enige historische waardevolle aanleg. Het uitwendige van het huis vertoont nog altijd de middeleeuwse toestand van twee evenwijdige vleugels bestaande uit een bovengrondse overwelfde kelder, drie bouwlagen daarboven en ieder een met pannen gedekt zadeldak tussen topgevels. De westgevels zijn uitgevoerd als trapgevels, eindigend in een schoorsteen. Tegen deze gevels bevinden zich van oorsprong de stookplaatsen. Sinds de late 16e eeuw verbindt een zeszijdig arkeltorentje op een zware console vanaf de derde bouwlaag de twee vleugels. Het torentje heeft een klokvormig met lood gedekt dak. De oostgevels zijn uitgevoerd als tuitgevels. Deze gevels zijn nagenoeg blind en worden ten gevolge van de aanbouw verder aan het zicht onttrokken. Aan deze zijde rust op de beide nokken een houtconstructie waarop een luidklokje is aangebracht. De noordgevel vertoont een min of meer regelmatige gevelindeling met vier vensters ter hoogte van de beide verdiepingen en twee vensters ter hoogte van de bel-etage. De vensters van de eerste verdieping zijn nog kruiskozijnen met luiken. Van de andere twee bouwlagen zijn deze vernieuwd tot roede verdeelde schuiframen. Op het dakvlak staat een dakkapel met een hijsbalk. De westgevel heeft respectievelijk twee vensters op de bel-etage, vier op de eerste verdieping en twee vensters op de tweede en enkele kleine vensters in de top. De vensters van de bel-etage plus het meest zuidelijke venster van de eerste verdieping zijn vergroot tot roede verdeelde schuiframen. De overige vensters zijn een kruiskozijn en twee kloosterkozijnen. De gevel vertoont de nodige bouwsporen van o.a. oudere vensters. De zuidgevel heeft drie vensters op de eerste bouwlaag en twee op iedere volgende; alle vensters zijn hier vergroot tot roede verdeelde schuifvensters. In het metselwerk zijn dichtgezette oude vensteropeningen te zien. De gevel wordt beëindigd door een gemetselde tandlijst. Op het dakvlak staat een dakkapel. De toegangsdeur aan deze zijde bevindt zich in de aanbouw. De aanbouw is op een overstek vanaf de hoogte van de bel-etage opgetrokken tot twee bouwlagen afgesloten met een met pannen gedekt schilddak. Het metselwerk boven het overstek heeft een decoratief patroon en wordt afgesloten door een waterlijst. Aan deze zijde voorts twee venster en één daarboven, alle met roede verdeelde schuiframen. De zuidgevel van de aanbouw is als toegangsgevel gaan fungeren met rechts een deurpartij uit ca. 1615 in een houten omlijsting van pilasters met een timpaan. In het timpaan het wapen van Oudaen, een rood St. Andrieskruis op een gouden veld, waarboven een zilveren barensteel met drie voeten. Hiervoor ligt een hoge gemetselde stoep met natuurstenen treden. Verder één venster naast de deur en één op de verdieping, beide met roede verdeelde ramen. Voor de stoep, over de gracht ligt een houten ophaalbrug. Stoep en brug zijn in 1981 naar een oud model vernieuwd. De traptoren uit ca. 1590 bevindt zich in de hoek van de aanbouw en de noordvleugel. Het is een halfronde toren met enkele kleine vensters en wordt gedekt door een plat dak. De traptoren verbindt de kelder en de eerste twee bouwlagen met elkaar. Aan het inwendige van het huis is in essentie weinig veranderd. De beide kelders zijn grote ongedeelde ruimtes gedekt met een tongewelf en voorzien van enkele lichtspleten. De zalen van de eerste bouwlaag zijn later ingedeeld, waarbij aan de oostzijde een kleiner vertrek is afgescheiden en in de zuidvleugel bovendien een korte gang. Eenzelfde situatie doet zich voor in de zuidvleugel op de tweede bouwlaag. De noordvleugel heeft hier zijn zaal over de volle lengte behouden. De derde bouwlaag is verder opgedeeld met een aantal vertrekken. De kappen zijn geheel ongedeeld met alleen in de noordvleuugel een recente inbouw t.b.v. de technische voorzieningen. De kap op het oudste deel dateert uit de 16de eeuw en bestaat uit eiken spanten. De constructie is later diverse malen aangepast. De kap op de noordelijke vleugel heeft eveneens eikenhouten spanten; hier bevindt zich een groot hijsrad. Voorts worden aangetroffen de moer- en kinderbalklagen, deels met sleutelstukken, vloerdelen, houten tussenmuren, deuren, een 16de-eeuwse spiltrap van de tweede verdieping naar de zolder. De schouwen zijn in de meer recente tijd vernieuwd, b.v. de 19de-eeuwse marmeren schouw of gereconstrueerde middeleeuwse schouwen. In de aanbouw bevindt zich op de onderste verdieping van ouds een keuken met tegen de binnenmuur een grote haardpartij en ovens. In de doorgang naar de kelders is links de oorspronkelijk in de muurdikte ingemetselde trap van dit oudste bouwdeel zichtbaar. De ruimte erboven is van ouds als ontvangstruimte of hal in gebruik, in oorsprong waarschijnlijk ongedeeld, tegenwoordig met een nadere indeling. Waardering Het HOOFDHUIS is van algemeen belang: - vanwege de ouderdom; - vanwege de architectuurhistorische waarden van zowel exterieur als interieur; - vanwege typologische waarden (ontwikkeling versterkte huizen); - vanwege zijn beeldbepalende ligging aan de Vecht'.
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: M.A. Dukes-Greup
Beschrijving gemaakt: mei 2000
Auteur: M.A. Dukes-Greup
Beschrijving gemaakt: mei 2000
Bouwhistorisch onderzoek RCE
N.v.t.
N.v.t.
Archeologisch onderzoek RCE
N.v.t.
N.v.t.
Overig onderzoek
N.v.t.
N.v.t.
Geomorfologische codering
4K26, Rivier-inversierug
4K26, Rivier-inversierug
Bodemkundige codering
Rn95C-VI, Kalkloze poldervaaggronden; Zware zavel en lichte klei, profielverloop 5
Rn95C-VI, Kalkloze poldervaaggronden; Zware zavel en lichte klei, profielverloop 5
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.