Bollenhofstede/Zandenhof
IN BEWERKING [?]
algemeen | omschrijving | bezits- en bouwgeschiedenis | afbeeldingen, literatuur en documentatie | verdere informatie | terug naar de lijst
Object
Bollenhofstede/Zandenhof
Bollenhofstede/Zandenhof
Locatie
Adres:
Overveen
Gemeente Bloemendaal
Provincie Noord-Holland
Een akte van 7/2/1452 licht ons in over de ligging van de hofstede, n.l. gelegen in de ban van Tetrode, dichtbij Aelbrecht Bollen hofstede. De naam van dit land is "Piest" en het ligt aan de noordzijde van de Volmeer, aanvankelijk een meer in die omgevening, maar later ondergestoven. (Groesbeek)
Adres:
Overveen
Gemeente Bloemendaal
Provincie Noord-Holland
Een akte van 7/2/1452 licht ons in over de ligging van de hofstede, n.l. gelegen in de ban van Tetrode, dichtbij Aelbrecht Bollen hofstede. De naam van dit land is "Piest" en het ligt aan de noordzijde van de Volmeer, aanvankelijk een meer in die omgevening, maar later ondergestoven. (Groesbeek)
Typologie
Op een kaart van 1668 (Vrijland) staat een eenvoudig rechthoekig huis van 1 verdieping met zadeldak getekend. Hier is verder weinig uit op te maken.
Op een kaart van 1668 (Vrijland) staat een eenvoudig rechthoekig huis van 1 verdieping met zadeldak getekend. Hier is verder weinig uit op te maken.
Etymologie
Genoemd naar de bezitters de fam.Bol(le).
Genoemd naar de bezitters de fam.Bol(le).
Huidige situatie
Laatst bijgewerkt: 2001
Het landgoed in steeds onder Elswoud gebleven.
Laatst bijgewerkt: 2001
Het landgoed in steeds onder Elswoud gebleven.
Toestand van het middeleeuwse kasteel
Zichtbaar: (?)
Grondgebruik:
Rond 1805 gesloopt en omdat het waarschijnlijk een eenvoudig huis was, zal hier niets meer van over zijn.
Zichtbaar: (?)
Grondgebruik:
Rond 1805 gesloopt en omdat het waarschijnlijk een eenvoudig huis was, zal hier niets meer van over zijn.
Afmetingen
Oudste vermelding
Datum: 1346 1 juni
Bron: Groesbeek
" "
Claes Bol heeft van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'.
Datum: 1346 1 juni
Bron: Groesbeek
" "
Claes Bol heeft van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'.
Bezitsgeschiedenis
De Bolle's komen al in de 14e eeuw voor en behoren tot de 'welgeborenen', d.w.z. dat zij van huis uit kunnen bogen op een adellijke afkomst, maar dat zij zich niet onder de adel konden handhaven. Zij zijn toen in dienst van de graven van Holland getreden. Claes Bol heeft op 1/6/1346 van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'en is getrouwd met Lijsbeth van Rodenburch (5/9/1358).
Ook Aelbrecht Bolle, die werkzaam was in Aelbrechtsberg, verkeerde niet in de hoogste kringen, maar zijn inkomsten worden wel steeds omvangrijker. Hij geniet die uit de tollen uit Sparendam en uit de accijns op het Hamburger bier binnen Haarlem.
Zijn zoon Floris volgt hem op. Hij ontvangt van de houtvester van de Haarlemmerhout in pacht 'een veldeken dat geheten is den Riethoorn' te Tetrode, gelegen tussen de Tetroderhout en 'de Piest', landnamen die wij sedertdien voortdurend in verband met de familie Bolle zien opduiken. Van zijn oom Claes Bol erfde hij de 'Bollenzate' te Aelbrechtsberg. Ook bezit hij 'Bollenweer' in de ban van Houtrijk tussen Amsterdam en Haarlem.
Van belang is nog te weten dat Floris getrouwd was met Hadewij Willemsdochter van Zaenden, die genoemd wordt in 1406 (7 maart), waardoor het huis te Zanen in de familie Bol kwam. Hij wordt voor het laatst genoemd in een grafelijke rekening over het jaar 1450/51. Het volgend jaar verschijnt zijn zoon Aelbrecht Bol Florisz. in zijn plaats.
Hij oefent een functie uit bij de valkenjacht; in een grafelijke rekening van 1472/73 lezen we, dat hij is 'bewaerder van mijns genadigen heren valkenlegge in de Kattenhorst bij Haarlem', en dat hij daarvoor een salaris geniet van 14 pond en 5 schellingen. Voor de laatste maal werd deze post in de rekening van 1479/80 opgenomen.
Daarna vinden wij zijn zoon (1480/81), dus zal Aelbrecht ca. 1480 zijn overleden. Deze zoon, die naar zijn grootvader Floris genoemd werd, komt voor als 'clerck' van de rentmeester van Kennemerland. Bovendien was hij evenals zijn vader 'bewaarder van de valkenlegge' en genoot hiervoor een wedde van 6 pond. Getrouwd was hij met Katharijne, dochter van Roelof Andriesz. en jvr. Steffen van de Werve. Ook was hij zijn vader opgevolgd in het bezit van Bollenhofstede, de Rietcamp en de Piest. Merkwaardig is het dat niet één van zijn zoons of hun kinderen hem in het bezit ervan zijn opgevolgd, maar dat zijn dochter jvr. Jooste Floris Bollendochter, gehuwd met Gerrit van Sparenwoude, dit alles erfde. Toen jvr. Jooste op 8/1/1528 gestorven was, ontving hun zoon IJsbrand van Sparenwoude de lenen op 25/6/1529. Bollenhofstede was dus voortaan niet meer in het bezit van de familie Bol.
IJsbrand van Sparenwoude liet Bollenhofstede voor de helft na aan zijn dochter jvr.Hase, die getrouwd was met jhr. Christoffel van Schagen. Als weduwe leende zij 600 pond op het huis (28/12/1583).
Voor de andere helft kwam de hofstede op zijn dochter jvr.Anna van Sparenwoude, die in Haarlem woont. Ook zij gaf hypotheek op haar aandeel (27/5/1585).
Daarna moet Bollenhofstede weer in één hand gekomen zijn, want vrouwe Anna van Schagen bezat de gehele hofstede. Toen zij overleden was, stelde haar familie geen prijs meer op het bezit. Zo zien we dan haar erfgenamen in april 1668 overdragen 'zeeckere hofstede en landen in de ban van Tetrode genaamt van outs Bollenhofstede', groot 30 morgen 450 roeden, bestaande uit 'hooij-, teel- en weiland'. Kopers waren Cornelis Roodhoorn gezegd Backer en diens broer mr.Willem Backer Willemsz.
Eerstgenoemde behoorde tot de magistraten van Amsterdam; hij komt daar voor als schepen en raad, maar ook als bewindhebber (directeur) van de Oost-Indische Compagnie. Hij overleed op 26/2/1681; zijn vrouw heette Catharina Raije.
Een maand later (27/5/1681) overleed zijn broer Willem, die geen kinderen naliet, zodat Bollenhofstede in zijn geheel eigendom werd van de oudste dochter van Cornelis; Brigitta Catharina Backer. Haar man mr. Pieter Slicher was vendumeester van de Admiraliteit van Amsterdam.
Grote ruzie had hij met Johan van Marselis, eigenaar van Elswoud dat grensde aan de bezitting van Slicher. De ruzie ging over het gebruik van de duinen die tot Bollenhofstede behoorden. De grenzen waren niet goed afgebakend. Dit werd tenslotte in der minne geschikt en beide partijen bakenden hun terreinen precies af.
Intussen was Bollenhofstede 'Sandenhoef" gaan heten. Mr.Pieter Slicher overleed in 1702 en zijn vrouw erfde het vruchtgebruik van de hofstede.
Hun beide kinderen waren zijn erfgenamen. De weduwe hertrouwde met mr.Frederik Rooseboom, Raadsheer in het Hof van Holland. Als voogdes van haar zoon Pieter Slicher, die weliswaar 'luitenant te water' genoemd werd, maar toch nog zo minderjarig was, dat zijn moeder voor hem moest optreden, verkocht zij - met instemming van haar schoonzoon Louis Guillaume van den Boetselaar- Sandenhoef. Jammergenoeg werd alles verkaveld. Haar neef mr.Cornelis Backer Jansz. kocht 'de grote croft van Sandenhoef'groot 11 morgen voor fl.1800,- (3/1/1727). Nog in hetzelfde jaar verkocht zij hem het huis voor slechts fl.850,- en nog 10 morgen weiland tussen Sandenhoef en de Houtvaart gelegen, voor fl.2150,-.
Het eigenlijke huis was dus toen nog geen fl.1000,- waard en het kan daarom niet veel geweest zijn, maar de nieuwe eigenaar ging het met zijn vrouw Margaretha Bicker bewonen. Hij heeft alles gedaan om de buitenplaats aantrekkelijk te maken en liet in zijn testament de bepaling opnemen, dat het niet binnen vier jaar na zijn dood verkocht mocht worden.
Hij overleed op 24/12/1766 en zijn kinderen haastten zich om de inboedel van Sandenhoef al in het volgende jaar voor fl.20.600,- te verkopen. tegen de taxatieprijs van fl.30.000,- nam de oudste zoon mr.Jan Backer het onroerend goed over.
Nadat deze en zijn vrouw overleden waren, kwam het landgoed in het bezit van hun oudste dochter Anna Maria Backer, die in 1780 getrouwd was met mr.Pieter van de Poll. Dan is het einde nabij! Van de Poll verkoopt het grootste deel van het grondbezit op 10/9/1804 aan Jan Adriaan van Hasselgreen. De overgebleven warmoestuinen en bos werden eigendom van Levinus de Groot, een sloper uit Dordrecht.
In totaal was de opbrengst fl.43.700,-. Het huis Sandenhoef werd gesloopt. Een jaar later wordt een groot deel van de gronden aangekocht door Willen Gerrit van de Poll, eigenaar van 'Duijnvliet'. Deze verkocht op 27/10/1811 Duijnvliet met al het nieuw bijgevoegde land aan de toenmalige eigenaar van Elswoud, Willem Borski.
Sandenhof is sedert die tijd onder Elswoud gebleven. De ingang bevond zich aan de westzijde, juist op de scherpe bocht in de Oosterduinweg.
De Bolle's komen al in de 14e eeuw voor en behoren tot de 'welgeborenen', d.w.z. dat zij van huis uit kunnen bogen op een adellijke afkomst, maar dat zij zich niet onder de adel konden handhaven. Zij zijn toen in dienst van de graven van Holland getreden. Claes Bol heeft op 1/6/1346 van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'en is getrouwd met Lijsbeth van Rodenburch (5/9/1358).
Ook Aelbrecht Bolle, die werkzaam was in Aelbrechtsberg, verkeerde niet in de hoogste kringen, maar zijn inkomsten worden wel steeds omvangrijker. Hij geniet die uit de tollen uit Sparendam en uit de accijns op het Hamburger bier binnen Haarlem.
Zijn zoon Floris volgt hem op. Hij ontvangt van de houtvester van de Haarlemmerhout in pacht 'een veldeken dat geheten is den Riethoorn' te Tetrode, gelegen tussen de Tetroderhout en 'de Piest', landnamen die wij sedertdien voortdurend in verband met de familie Bolle zien opduiken. Van zijn oom Claes Bol erfde hij de 'Bollenzate' te Aelbrechtsberg. Ook bezit hij 'Bollenweer' in de ban van Houtrijk tussen Amsterdam en Haarlem.
Van belang is nog te weten dat Floris getrouwd was met Hadewij Willemsdochter van Zaenden, die genoemd wordt in 1406 (7 maart), waardoor het huis te Zanen in de familie Bol kwam. Hij wordt voor het laatst genoemd in een grafelijke rekening over het jaar 1450/51. Het volgend jaar verschijnt zijn zoon Aelbrecht Bol Florisz. in zijn plaats.
Hij oefent een functie uit bij de valkenjacht; in een grafelijke rekening van 1472/73 lezen we, dat hij is 'bewaerder van mijns genadigen heren valkenlegge in de Kattenhorst bij Haarlem', en dat hij daarvoor een salaris geniet van 14 pond en 5 schellingen. Voor de laatste maal werd deze post in de rekening van 1479/80 opgenomen.
Daarna vinden wij zijn zoon (1480/81), dus zal Aelbrecht ca. 1480 zijn overleden. Deze zoon, die naar zijn grootvader Floris genoemd werd, komt voor als 'clerck' van de rentmeester van Kennemerland. Bovendien was hij evenals zijn vader 'bewaarder van de valkenlegge' en genoot hiervoor een wedde van 6 pond. Getrouwd was hij met Katharijne, dochter van Roelof Andriesz. en jvr. Steffen van de Werve. Ook was hij zijn vader opgevolgd in het bezit van Bollenhofstede, de Rietcamp en de Piest. Merkwaardig is het dat niet één van zijn zoons of hun kinderen hem in het bezit ervan zijn opgevolgd, maar dat zijn dochter jvr. Jooste Floris Bollendochter, gehuwd met Gerrit van Sparenwoude, dit alles erfde. Toen jvr. Jooste op 8/1/1528 gestorven was, ontving hun zoon IJsbrand van Sparenwoude de lenen op 25/6/1529. Bollenhofstede was dus voortaan niet meer in het bezit van de familie Bol.
IJsbrand van Sparenwoude liet Bollenhofstede voor de helft na aan zijn dochter jvr.Hase, die getrouwd was met jhr. Christoffel van Schagen. Als weduwe leende zij 600 pond op het huis (28/12/1583).
Voor de andere helft kwam de hofstede op zijn dochter jvr.Anna van Sparenwoude, die in Haarlem woont. Ook zij gaf hypotheek op haar aandeel (27/5/1585).
Daarna moet Bollenhofstede weer in één hand gekomen zijn, want vrouwe Anna van Schagen bezat de gehele hofstede. Toen zij overleden was, stelde haar familie geen prijs meer op het bezit. Zo zien we dan haar erfgenamen in april 1668 overdragen 'zeeckere hofstede en landen in de ban van Tetrode genaamt van outs Bollenhofstede', groot 30 morgen 450 roeden, bestaande uit 'hooij-, teel- en weiland'. Kopers waren Cornelis Roodhoorn gezegd Backer en diens broer mr.Willem Backer Willemsz.
Eerstgenoemde behoorde tot de magistraten van Amsterdam; hij komt daar voor als schepen en raad, maar ook als bewindhebber (directeur) van de Oost-Indische Compagnie. Hij overleed op 26/2/1681; zijn vrouw heette Catharina Raije.
Een maand later (27/5/1681) overleed zijn broer Willem, die geen kinderen naliet, zodat Bollenhofstede in zijn geheel eigendom werd van de oudste dochter van Cornelis; Brigitta Catharina Backer. Haar man mr. Pieter Slicher was vendumeester van de Admiraliteit van Amsterdam.
Grote ruzie had hij met Johan van Marselis, eigenaar van Elswoud dat grensde aan de bezitting van Slicher. De ruzie ging over het gebruik van de duinen die tot Bollenhofstede behoorden. De grenzen waren niet goed afgebakend. Dit werd tenslotte in der minne geschikt en beide partijen bakenden hun terreinen precies af.
Intussen was Bollenhofstede 'Sandenhoef" gaan heten. Mr.Pieter Slicher overleed in 1702 en zijn vrouw erfde het vruchtgebruik van de hofstede.
Hun beide kinderen waren zijn erfgenamen. De weduwe hertrouwde met mr.Frederik Rooseboom, Raadsheer in het Hof van Holland. Als voogdes van haar zoon Pieter Slicher, die weliswaar 'luitenant te water' genoemd werd, maar toch nog zo minderjarig was, dat zijn moeder voor hem moest optreden, verkocht zij - met instemming van haar schoonzoon Louis Guillaume van den Boetselaar- Sandenhoef. Jammergenoeg werd alles verkaveld. Haar neef mr.Cornelis Backer Jansz. kocht 'de grote croft van Sandenhoef'groot 11 morgen voor fl.1800,- (3/1/1727). Nog in hetzelfde jaar verkocht zij hem het huis voor slechts fl.850,- en nog 10 morgen weiland tussen Sandenhoef en de Houtvaart gelegen, voor fl.2150,-.
Het eigenlijke huis was dus toen nog geen fl.1000,- waard en het kan daarom niet veel geweest zijn, maar de nieuwe eigenaar ging het met zijn vrouw Margaretha Bicker bewonen. Hij heeft alles gedaan om de buitenplaats aantrekkelijk te maken en liet in zijn testament de bepaling opnemen, dat het niet binnen vier jaar na zijn dood verkocht mocht worden.
Hij overleed op 24/12/1766 en zijn kinderen haastten zich om de inboedel van Sandenhoef al in het volgende jaar voor fl.20.600,- te verkopen. tegen de taxatieprijs van fl.30.000,- nam de oudste zoon mr.Jan Backer het onroerend goed over.
Nadat deze en zijn vrouw overleden waren, kwam het landgoed in het bezit van hun oudste dochter Anna Maria Backer, die in 1780 getrouwd was met mr.Pieter van de Poll. Dan is het einde nabij! Van de Poll verkoopt het grootste deel van het grondbezit op 10/9/1804 aan Jan Adriaan van Hasselgreen. De overgebleven warmoestuinen en bos werden eigendom van Levinus de Groot, een sloper uit Dordrecht.
In totaal was de opbrengst fl.43.700,-. Het huis Sandenhoef werd gesloopt. Een jaar later wordt een groot deel van de gronden aangekocht door Willen Gerrit van de Poll, eigenaar van 'Duijnvliet'. Deze verkocht op 27/10/1811 Duijnvliet met al het nieuw bijgevoegde land aan de toenmalige eigenaar van Elswoud, Willem Borski.
Sandenhof is sedert die tijd onder Elswoud gebleven. De ingang bevond zich aan de westzijde, juist op de scherpe bocht in de Oosterduinweg.
Historische betekenis
Niet veel van betekenis.
Niet veel van betekenis.
Bouwgeschiedenis
Claes Bol heeft op 1/6/1346 van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'.
In 1524 wordt gemeld dat Gerrit Bol weigert mee te betalen in allerlei lasten, opgelegd van overheidswege. Men twijfelt of zijn huis wel een adellijk huis is, doch hij beroept zich erop dat zijn geslacht het ambt van valkenier uitoefent en dus van adel is.
Het huis wordt in 1727 verkocht voor nog geen fl.1000,- en het kan daarom niet veel geweest zijn, maar de nieuwe eigenaar mr.Cornelis Backer Jansz. heeft alles gedaan om de buitenplaats en dan voornamelijk het landgoed, aantrekkelijk te maken. Na zijn overlijden neemt zijn oudste zoon mr.Jan Backer voor fl.30.000,- al het onroerend goed over. Zijn oudste dochter erft het huis en verkoopt het geheel in 1804 voor fl.43.700,-, waarna het gesloopt wordt. Het landgoed wordt gekocht door Willem Borski, eigenaar van het aangrenzende Elswoud.
Claes Bol heeft op 1/6/1346 van de hertog in leen 'zijn huis, zate en 4 morgen te Aelbrechtsberg'.
In 1524 wordt gemeld dat Gerrit Bol weigert mee te betalen in allerlei lasten, opgelegd van overheidswege. Men twijfelt of zijn huis wel een adellijk huis is, doch hij beroept zich erop dat zijn geslacht het ambt van valkenier uitoefent en dus van adel is.
Het huis wordt in 1727 verkocht voor nog geen fl.1000,- en het kan daarom niet veel geweest zijn, maar de nieuwe eigenaar mr.Cornelis Backer Jansz. heeft alles gedaan om de buitenplaats en dan voornamelijk het landgoed, aantrekkelijk te maken. Na zijn overlijden neemt zijn oudste zoon mr.Jan Backer voor fl.30.000,- al het onroerend goed over. Zijn oudste dochter erft het huis en verkoopt het geheel in 1804 voor fl.43.700,-, waarna het gesloopt wordt. Het landgoed wordt gekocht door Willem Borski, eigenaar van het aangrenzende Elswoud.
Afbeeldingen
Bronnen
Literatuur
Aa,A.J.v.d. AARDRYKSKUNDIG WOORDENBOEK
..DL.13 70
Groesbeek,J.W. 1981 MIDDELEEUWSE KASTELEN VAN NOORD-HOLLAND
..68/71
Laurentius,Th. 1970 OLD MASTER DRAWINGS
--catalogue 14 51E
Vryland,C.W.D. 1975 GESCHIEDENIS VAN BLOEMENDAAL EN AERDENHOUT
..29,81,155,128PL
Aa,A.J.v.d. AARDRYKSKUNDIG WOORDENBOEK
..DL.13 70
Groesbeek,J.W. 1981 MIDDELEEUWSE KASTELEN VAN NOORD-HOLLAND
..68/71
Laurentius,Th. 1970 OLD MASTER DRAWINGS
--catalogue 14 51E
Vryland,C.W.D. 1975 GESCHIEDENIS VAN BLOEMENDAAL EN AERDENHOUT
..29,81,155,128PL
Documentatie
Bescherming gebouw
Status:
Status:
Bescherming terrein
Status:
Status:
Bestemming
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Bestemmingsplan:
Bestemming:
Auteur en datum
Auteur: J.L.M.Voets
Beschrijving gemaakt: 30-5-2001
Auteur: J.L.M.Voets
Beschrijving gemaakt: 30-5-2001
Bouwhistorisch onderzoek RCE
Archeologisch onderzoek RCE
Overig onderzoek
Geomorfologische codering
Bodemkundige codering
Basisregistratie - er zijn in ieder geval gegevens over naam en locatie van het object, en verwijzingen naar de beschikbare afbeeldingen, literatuur, documentatie en bronnen. Aan de hand van deze informatie kan eenieder die geïnteresseerd is zich gaan verdiepen in het desbetreffende kasteel. Het is de bedoeling dat deze basisregistratie-beschrijvingen in de toekomst tot volwaardige beschrijvingen worden uitgebreid.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.
In bewerking - de beschrijvingen zijn veelal voorzien van meer uitgebreide informatie over de geschiedenis en bouwgeschiedenis van het kasteel. Deze beschrijvingen zijn echter nog niet door de wetenschappelijke redactie van het Kastelenlexicon gezien, of moeten nog bijgewerkt worden naar aanleiding van redactie-opmerkingen.
Volledig - deze beschrijvingen zijn door de redactie gezien en goedgekeurd.